Wij zijn een land van zeikerds. Ik doe er niet voor onder,
want in deze rubriek heb ik ook altijd wel wat te zeuren en te mieren. Vaak is
dat overigens wel terecht. En in dit
land, in deze gemeente worden soms ook oerdomme beslissingen genomen. Waarover je dan echt moet klagen.
Maar soms heel soms
denk ik ook, wij hebben het hier goed. En dan met een hoofdletter G. Ondanks
van alles.
Beroerte in het buitenland
Hoe kom ik aan dit inzicht? Door de beroerte van mijn
schoonvader. Vorige week werden we opgeschrikt door een telefoontje dat zijn
ene been niet meer mee wilde. Daarna begon zijn mond vreemd te vertrekken. En
daar zit je dan duizenden kilometers ver weg. Een beroerte zei ik, want de tv-spotjes
zijn mij niet ontgaan.
Bloedverdunners en vaatverwijders
Ik voegde er aan toe dat hij als een gek naar het
ziekenhuis moest. Voor bloedverdunners en voor vaatverwijders. Ik drong aan en
aan. Maar er gebeurde niets, later naar bleek omdat er geen artsen in het ziekenhuis
waren. Een bevriende tante kwam met een spray voor onder de tong. Waarop het
leek dat hij zich wat beter voelde.
Verlamd been en scheef gezicht
De volgende ochtend kon hij echter helemaal
niets meer. Toen ik hem aan de telefoon had, was hij onverstaanbaar. De tocht
naar het ziekenhuis werd alsnog gemaakt. Artsen gingen daar onderzoeken of hij
iets aan een spier in zijn been had. Moet ik nog meer zeggen? Terwijl ik op
afstand als nepdokter constateer dat het een beroerte is, zien zij dat niet
eens. Laat staan dat er medicijnen zijn. Ik ben bang dat zijn verlamming en de
schade door de bloedprop blijvend zullen zijn. Revalidatie is er bovendien
niet. Mijn man heeft een zak aspirientjes mee die als bloedverdunners moeten dienen.
En ja, dat is bitter in een wereld waarin dat echt niet meer hoeft. Dus ja, wij
hebben het goed.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten