maandag 26 augustus 2019

Taliban, steunondergoed en prothesebeha´s

Lief was de afgelopen weken weg. Even terug naar zijn thuisland, met name omdat zijn vader naar Mekka ging. En in Mekka is het gevaarlijk. Vinden wij. Vonden wij. Zeker voor iemand met een beperking, veroorzaakt door twee herseninfarcten. Maar de Hadj, de bedevaart voor moslims, was iets wat zijn vader persé wilde doen.

Om redenen die ik zelf niet heb, maar wel begrijp. Zeker als je de dood al eerder in ogen hebt gezien en die reis van belang voor je is voor je band met God.

Kind in de compound

Omdat lief zijn vader anders niet zou zien, werd de reis naar voren geschoven. Ga nu maar zei ik, want we hopen het niet, maar er kan daar altijd iets met hem gebeuren. Dus ging hij, bracht zijn vader naar het vliegveld voor die belangrijke reis en was weer even (oudste) kind in de compound. 
Mijn schoonfamilie is dus religieus. Ik ben dat niet, word dat ook niet, het is me ook nooit gevraagd, maar er wordt wel veel en langdurig voor me gebeden. Wat ik in dankbaarheid aanvaard, maar waarbij ik desgevraagd ook eerlijk aangeef dat ik er niets mee heb. We  respecteren ieders geloof of ongeloof.

Al Qaida is doorgedrongen

En toen kreeg ik opeens een filmpje toegestuurd waar ik enorm om moest lachen. De jongens uit de compound (en dat zijn er nogal een paar) hadden de dames uit het gezin op de kiek gezet. De vrouwelijke leden van het gezin lagen daarbij in vreemde zwarte gewaden die tot hun nek reikten en hun hoofd omvatten op de grond. Slapend, op een mat, omdat het zo warm was. Het commentaar van de mannen was niet van de lucht: We zijn nu in Taliban gebied aangekomen, Al Qaida is in onze compound doorgedrongen en Boko Haram is in opmars. Ze sloegen zichzelf op de knieën van plezier,  pisten bijna in de broek van het lachen. En hadden ook wel een beetje gelijk. De vrouwen zagen er echt  uit alsof ze net uit vijandelijk gebied waren gekomen.


Maar diezelfde vrouwen lachten er daarna net zo hard om, deden hun gewaden weer uit en liepen in een leuk jurkje rond of hielden de gewaden aan.  Gewoon omdat het kan.

Boerkaverbod

Ondertussen was hier het Boerka verbod net ingegaan en  een vrouw daardoor uit een bus gezet. En wilden wij ons steunondergoed en prothese beha´s naar de mannen van UB´40  gooien. Gewoon omdat het kon en wij daar weer de grootste lol om hadden.

maandag 5 augustus 2019

Roel, de bijzondere bode

Het was toeval dat hij dezelfde naam had als mijn broer. Het was niet toeval dat ik hem vanaf het eerste moment geen seconde meer vergat. Die eerste ontmoeting had namelijk iets grappigs in zich. De nieuwe bode van toen nog de gemeente Lemsterland jongleerde namelijk bijna met koffiekannen tijdens die eerste raadsvergadering. Daarbij was hij niet te missen met zijn vurige haardos, rappe slanke gestalte en manier van praten.

Geen belangrijkdoenerij

Zijn gedrag was naast grappig vooral gespeend van belangrijkdoenerij. En dat was een verademing. We waren altijd gewend dat bodes (het heeft vast een andere naam in vaktaal) heel serieus en ingetogen hun werk deden. Waarschijnlijk instructies van hogerhand, maar bij Roel ging het allemaal net even iets anders. Anders, maar niet minder goed trouwens. Alleen met een bijzondere kwinkslag.

Grappig

Hij had gewoon iets grappigs over zich. Zijn speciale lachje, maakte altijd dat ik al plezier had als ik het kantoor binnenwandelde. En hij had altijd wel een gezellig praatje. In de kantine van het nu afgebroken gemeentekantoor kwam hij dan even vragen of ik nog wat wilde drinken. Om de hitte te verdrijven. Of de kou, afhankelijk van het seizoen. En of er nu een hotemetoot langskwam of Jan met de Pet op, het maakte hem niet uit. Hij werd er ogenschijnlijk niet warm of koud van. Iedereen kreeg dezelfde behandeling. Respectvol, maar hij boog niet als een knipmes.

Vast baken

 Door de jaren heen werd hij een vast baken in zaken die met de gemeente te maken hadden. Als ik stukken door kwam nemen, als hij de koffie of thee voor me inschonk, als hij me begeleidde naar een afspraak en bij bijzondere gebeurtenissen. De fusie van de gemeente veranderde dat alles.
Aangezien we in hetzelfde dorp woonden, kwamen we elkaar natuurlijk nog wel regelmatig tegen. Vol trots was hij altijd over zijn kinderen en vooral zijn kleinkinderen. En over ´zijn´ Annie natuurlijk.

Ziek

En toen liep ik een aantal weken geleden over de markt en schrok. Flamboyante Roel was ziek, dat zag ik duidelijk. Aan de rolstoel waarin hij werd geduwd. Maar ook aan de afname van zijn gewicht. Maar ze hebben me er zomaar niet onder, zei hij strijdlustig. Hij ging er alles aan doen om zo lang mogelijk bij diegenen te blijven die hij liefhad. Goede instelling Roel zei ik, terwijl ik even zijn hand vasthield en hij zijn kleinkind een patatje voerde. Hij keek ontroerd naar zijn familieleden, zei dat het fijn was even buiten te kunnen zijn. Bijzonder tot het einde dacht ik vandaag. Maar wel een einde dat veel te vroeg kwam.