maandag 11 november 2019

Pieter Verhoeff is nog steeds een beetje Us Pieter


Ik houd van film. De grootte van het doek. De wereld uitvergroot. De beelden en een verhaal die iemand anders bedacht heeft. De fantasie waarin je helemaal op komt gaan en je je zelfs in kunt verliezen. Het liefst ga ik naar filmhuisfilms, maar sommige kaskrakers zijn ook gewoon leuk om te bezoeken. Het filmfestival in Leeuwarden is bovendien altijd extra leuk: je kunt je daar de hele dag laven aan films die je elders niet ziet. En de sfeer is bovendien opperbest. Voorheen kon ik met gemak 4 tot 5 films per dag ´hebben´.  Tegenwoordig vind ik 2 al veel. De ene energie van zo´n kunstwerk is de andere niet. Kom je net diep bedroefd uit een familiedrama, val je in een absurdistische niet te begrijpen productie. Ik wil daar graag nog even over nadenken, het op me in laten werken.

Filmfestival Leeuwarden

Tussen de eerste en de tweede film dit weekend zat weinig tijd. Zo´n 3 kwartier geloof ik. En naast overdenkingen wilden we ook iets concreets: eten en drinken namelijk. De rijen waren lang. Maar toen we toch met een lekker theetje en een bak noedels met kip en groenten in de hand stonden, was het nog zoeken naar een plekje. 

Ga lekker zitten

We zagen heel toevallig een bankje met een heel aardig ogende vrouw zitten en vroegen of we aan mochten schuiven. Tuurlijk zei ze, ga lekker zitten. Ik brak mijn hoofd omdat ik dacht haar wel eerder gezien te hebben. Toch kon ik haar niet thuisbrengen. We keuvelden wat over de films die we gezien hadden en welke we goed vonden. Dat doen filmliefhebbers namelijk nu eenmaal. 

Ik durfde zijn naam niet te vragen

Toen vroeg ze waar we vandaan kwamen. Lemmer zeiden we als uit één mond. Er schoot iets over haar gezicht. Daar kwam mijn man ook vandaan zei ze toen. Er begon me iets te dagen. Ze noemde geen naam. Ik durfde zijn naam niet uit te spreken. Zo pril nog dacht ik. In april net overleden. En misschien klopt het wel niet. Dit festival speelt hij een hoofdrol. Postuum zoals dat zo mooi heet, of te wel na zijn dood. Ik dacht moet ik het toch vragen? 

Pieter Verhoeff

Toen zei ze het zelf:´Mijn man was Pieter Verhoeff.´ Gaan jullie morgen ook De Vuurtoren kijken? Oei dacht ik en ik zei het ook. ´Het zal wel niet eenvoudig zijn om hier dan te zijn. Beladen.´ Ze knikte. Mooi en emotioneel tegelijk, zei ze terwijl ze een teugje uit haar glas rode wijn nam.

De Vuurtoren

Ik had haar wel even willen omarmen, maar dat doe je niet met zomaar een vreemde. In plaats daarvan zeiden we dat het zo fantastisch was wat hij allemaal gemaakt had. Dat  zowel film als de echte vuurtoren zo belangrijk waren. Dat dit voor Lemsters zoveel betekent, omdat dit een baken in hun leven was geweest. Ze knikte. Vertelde over zijn verbondenheid met zijn geboorteplaats. Over schoonzus Lien. Ik vertelde dat mijn vader altijd met Liens man had gewerkt. We keuvelden. Er kwamen vrienden of bekenden langs die haar omhelsden en ons vroegen of we nog wat wilden drinken. Zomaar.
Pieter is nog steeds ook een beetje van ons zei ik toen. En weer knikte ze. En toen moesten we gaan. Naar de tweede film. Uren later zat ze er nog. Ik wilde weer naar haar toe lopen en haar vastpakken. April nog maar dacht ik. En dan zoveel aandacht, terwijl hij er niet meer bij is. Ik deed het niet. Ik knikte nog een keer naar haar. Ze hief haar glas. Lachte een mooie lach. Op zondag reed ik langs de vuurtoren. Die in Lemmer staat. Bedankt Pieter zei ik. Voor alles.. En dat je een van ons was. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten