zondag 21 juni 2020

Het leek een gewone avond



Het was een mooie avond. De zon scheen nog een beetje, het water kabbelde. Een meeuw vloog over en maakte meeuwengeluiden. Mensen lachten. Er werd gedronken. Even verderop was een bruiloft aan de gang. Muziek schalde door de speakers. De lucht was bezwangerd van de zomer. Rooie strepen trokken door de lucht. De wolken hingen er vriendelijk bij. En toch was het helemaal geen mooie avond. De bootjes die in het water van het strand dreven, leken dan wel pittoresk, maar waren dat allesbehalve. Duikers gingen een voor een het water in. Ze seinden naar elkaar, doken onder en kwamen weer boven. Er werd weer een stukje gevaren, weer gingen duikers het water in en weer gaven ze elkaar tekens.

Drenkeling

In de middag stond ik naast een politieagent om de stand van zaken te vragen. Man vermist, drenkeling was er op de P2000 site te lezen. De persvoorlichting wist eigenlijk niet meer dan dat er een vermissing was. Maar op het strand naast een man die zenuwachtig heen en weer liep en gewoon helemaal van de kaart was, werd het al snel een heel ander verhaal. De man had zijn vriend het water in zien lopen, maar hij was er niet meer uitgekomen. Ik vroeg nog met grote hoop of hij echt niet ergens anders uit het water had kunnen komen. En nu ergens een kopje koffie zat te drinken. De politie stampte al die hoop direct de grond in. Het was inmiddels al geen reddingsactie meer, maar een bergingsactie.


Vrienden lopen af en aan

Mijn gedachten bleven de hele dag en avond bij de man. Ik moest naar dat strand. Op de plek waar wij normaliter yoga beoefenen en mediteren, ging ik zitten. Ik zag mannen die net als de drenkeling Roemeens leken. Ze liepen heen en weer. In ploegjes en soms alleen. Scanden elke beweging die er gemaakt werd. Gingen staan, gingen weer zitten.  Ik zag het gebeuren. Niet uit sensatie, maar omdat ik vond dat de man dat verdiende. Het was een onwerkelijk tafereel. Al die blijdschap en jonge mensen die van niks leken te weten, terwijl daarginds naar iemands zoon, iemands vader misschien, iemands geliefde mogelijk werd gezocht.

Namasté: mijn laatste groet aan u

Toen gingen de boten opeens richting de pier. Een auto reed de pier op. De deur werd geopend en er waren handelingen. Een tijdje later reed de wagen heel langzaam voorbij. De ramen waren geblindeerd, maar het vlaggetje zei het allemaal. Ik vouwde mijn handen in namasté voor hem. Mijn (yoga)groet aan hem.  Voor de eerste en de laatste keer. 

1 opmerking:

  1. erg triest allemaal, mooi verwoord Meintje, sterkte aan zijn fam,vrienden, dit wens je niemand toe.

    BeantwoordenVerwijderen