maandag 21 december 2020

Oud papier

Toen ik nog op de lagere school in Lemmer zat, stond er bij de Dam altijd een papier container. Als kinderen werd ons gevraagd om thuis en in de buurt papier in te zamelen. Met het geld dat daarmee verdiend werd, kon de school leuke dingen doen. Bovendien vonden wij het als kinderen prachtig  om dit te doen. Op de woensdagmiddag langs de deuren en dan vragen of ze oud papier voor je hadden. En dan samen met vriendjes en vriendinnetjes opscheppen over de hoeveelheid die we had ingeleverd of het gewoon samen doen. 

Saamhorigheid in de buurt

Ons buurtje was daar goed in namelijk, in samen doen. Klapper van het jaar was de inzameling van telefoonboeken. Bijna niet meer voor te stellen dat je vroeger een telefoonnummer uit een boek haalde. Waar iedereen ook nog in stond met adres en al, maar ja ik ben nog van die generatie. Ook stond er nog een telefooncel bij ons in de straat. Ook die hokjes zijn volledig uit beeld verdwenen. Maar ik dwaal af, de nostalgie neemt het van me over blijkbaar.

Inzamelen van telefoonboeken

Het inzamelen van die telefoonboeken was dus een soort wedstrijd. Wie de meeste bij elkaar raapte, kreeg volgens mij zelfs een prijs van de meester. Wel logisch, die zware jongens bevatten flink wat pagina´s en leverden dus veel op.

Oud papier inzamelen levert niks meer op

Afgelopen weken kwam aan de inzameling van papier in onze gemeente een einde. De papierprijs is dramatisch gedaald. Verenigingen die het altijd inzamelden  moeten er zelfs geld op toeleggen. Ik had de eer om een aantal van de vrijwilligers te interviewen in een ander deel van de gemeente. En daar heerste treurnis. Droefheid. Sommigen hadden een kwart eeuw papier ingezameld, anderen al bijna 50 jaar. Het was een deel van hun leven geworden. Maar het mooie was ook dat ze allemaal werden bijgestaan door de jongere garde. Die op vrijdagavond misschien wel uit gaat, maar er op zaterdagochtend er toch maar mooi weer stond. De karren waren voor deze laatste keer versierd, de vrijwilligers werden getrakteerd en bedankt.

Gemeenschapszin verdwijnt

Een vrijwilliger zei iets dat me aan het denken zette. Dat je met het verdwijnen van zo´n initiatief ook de gemeenschapszin onderuit haalt. Dat niet altijd alles in geld is uit te drukken. Dat jeugd en ouderen hier samenkomen en dit wordt vergeten. Hij vertelde eveneens dat hij het beleid van de gemeente niet snapte. Die moet namelijk iedereen een bak leveren, elke maand een ophaaldienst bij de deuren langs laten gaan en daarvoor personeel inhuren. Terwijl zij alles gratis doen. Ik heb het de gemeente gevraagd. Die zei dat er toch al personeel beschikbaar was en betaald wordt. Maar hoe dan? Laten zij andere werkzaamheden dan vallen? Net als die man begrijp ik het niet. Wel dat de papierprijs dramatisch laag is. Maar niet hoe het dan voor een gemeente wel uit kan. En die mienskip die zo hoog in het vaandel staat, maar niet als het op centen aankomt? Zucht…

woensdag 9 december 2020

De moeder van Mark Rutte en mijn moeder hadden best wat gemeen




De buren hadden het volgens mij al in de gaten. Dat het enige wat een vaste factor in het kerstleven van dit jaar wordt, de kerstboom is. Oh ja en ook de lichtjes. In de tuin. Aan de voordeur. Aan de voorgevel. In bijzondere kerstmannen en kerstvrouwen op de stoep. Rendieren. Gordijnen van golvende rijen licht. Het kan niet op.

Vroeg een kerstboom

Volgens mij hebben zij hun prachtig versierde boom al bijna een maand staan. Elke keer als ik voorbij fiets of loop word ik er vrolijk van. Ook hun hok is mooi versierd. Met van die lampjes met allerlei kleurtjes waar je ook direct een goed humeur van krijgt. Het doet me denken aan de bomen van mijn moeder vroeger. Hoe meer kleur zij in die boom kon hangen, hoe leuker ze het vond. Alle lampjes varieerden van blauw tot groen en van rood tot geel. Allemaal in 1 boom en van 1 streng. En het liefst nog dat ze gingen flikkeren ook. Aan en uit, of in zo´n razend tempo. 

Gekleurde kerstballen

En dan kwamen daar die kerstballen nog bij. Ook in alle schakeringen die je je maar kunt bedenken. Beslist geen stijl die in tijdschriften een prijs zou winnen, maar ze werd er altijd zo blij van. Van haar kon je ook niet vroeg genoeg beginnen met het optuigen van die boom. Een echte natuurlijk, zodat je ook nog eens die heerlijke geur van dennen in de kamer had. Dat de kat daar dan vervolgens de helft vanaf liet vallen, vond ze wat minder. Later ging ze om voor een nepboom, maar de versieringen bleven. En er kwamen nog meer lampjes bij in de potten en vazen. En voor de ruiten in de vorm van sterren en kaarsen. Waar klein geluk al niet in kan zitten.

De moeder van Mark Rutte 

Ik moest er ook aan denken toen ik naar het interview met Linda en Rutte keek. Nooit gedacht dat hij zo sympathiek was. En ook nooit gedacht dat zijn moeder en de mijne zoveel op elkaar leken. Een fles jenever zei hij en een slof sigaretten. Daar was ze van.  Mijn moeder ook van die slof sigaretten, maar dan van de Beerenburg. Een subtiel verschil. Maar ze was ook van de PvdA en helemaal niet van de VVD. En ze had ook niet bepaald een klein gezin, maar meteen maar direct een huis vol kinderen. Het was alsof ik ze in de Parkstraat van vroeger zag wonen. 

De kerstboom van de moeder van Mark Rutte

Helaas kon ik het niet vragen, maar de vraag brandde me op mijn lippen: Had je moeder dan ook de kerstboom vol hangen met flikkerende en glinsterende lampjes Mark? Ik geloof het vast.

dinsdag 24 november 2020

Leugens en vreemde contracten

Ik heb altijd geleerd dat als je de waarheid niet spreekt, je liegt. Bij sommige mensen heet dat een leugentje om bestwil. Anderen zeggen dat ze iets verzwegen hebben. Inmiddels is wel duidelijk dat er binnen gemeente De Fryske Marren flink wat jaren iets verzwegen is. Om precies te zijn een contract waarop met grote letters stond `Overeenkomst strandonderhoud` terwijl er op had moeten staan `Extra financiering bouw strandpaviljoen en zwembad, zonder dat daarvoor verantwoording voor afgelegd hoeft te worden`. Het is  door de jaren heen een duur leugentje geworden van meer dan 100.000 euro.  Geld van alle burgers samen. Want ja, een gemeente dat zijn wij allemaal.

Gemeenteraad voorgelogen

Erger is nog dat de gemeenteraad in opeenvolgende samenstellingen jarenlang is voorgelogen. Door de eerste wethouder die deze afspraak heeft gemaakt en dacht er mee weg te komen. Door de tweede wethouder die opeens een heel slecht geheugen had en geen idee had waarom er iets niet ondertekend is. En nu een derde wethouder die alleen maar aangaf dat er ´een overeenkomst` lag en dat het geld niet terug betaald zou worden door de ondernemer. Punt. Partijen die bij voortduring vragen stelden over het punt, werden op een niet zo zachtzinnig manier afgeserveerd. Totdat dus de Rekenkamer er een onderzoek naar liet doen en bleek dat er flink stront aan de knikker was.

Gemeenteraad moet zich bescheten voelen

Blijkbaar bestond er in dit geval een constructie waarbij jaar na jaar dezelfde leugen in stand werd gehouden. Als gemeenteraad moet je je dan flink bescheten voelen, stel ik me zo voor. Je hebt het idee dat er iets niet klopt, je vraagt dat keer op keer en er wordt je eigenlijk gezegd dat je je kop moet houden. Nu de waarheid dan eindelijk boven tafel is, zie ik nergens een openbaar excuus. Niet aan de raadsleden, niet aan ons als burgers. Slechts de vaststelling dat college van burgemeester en wethouders summiertjes stelt  dat het anders had gemoeten. Dat lijkt me een understatement van het jaar. Neem de verantwoording voor wat je hebt gedaan, zou ik zeggen. Doe dat breedvoerig, doe dat aan iedereen en behandel raadsleden en burgers niet als gekken.

Geef toe dat je het fout hebt gedaan

In een ver verleden was ik student communicatie. Daarmee kon ik zowel journalist als voorlichter worden. Tegenwoordig bijten die twee elkaar vaak, maar één les is me als voorlichtingsstudent heel erg bijgebleven: Geef direct toe als je als organisatie iets fout hebt gedaan. Wacht daarmee niet op onderzoeken of tot ze je aan de schandpaal nagelen. Maak excuses, vertel wat er werkelijk aan de hand is. Ook als dat niet zo goed valt. Maar doe het gewoon. Vertel dat je het verkloot hebt. Dat het is gedaan omdat je anders geen uitweg zag, maar dat het voor geen meter deugt. Maar dat lijkt in dit geval erg moeilijk. Wat de geloofwaardigheid van het college niet bepaald ten goede komt. En de werkbaarheid tussen college en raad ook niet bepaald bevordert. En burgers zich daardoor vast ook de vraag stellen of er over nog meer zaken gelogen is of wordt. Ik vraag me dat tenminste wel heel sterk af. 

dinsdag 17 november 2020

Helemaal in de war van de coronaregelsregels

Ik ben de kluts kwijt. Dat ben ik wel vaker, maar na de coronamaatregelen die dinsdagavond 17 november weer werden afgekondigd was ik het even kwijt. Overal kreeg ik berichtjes dat groepslessen in de sport weer mochten. En we dus weer samen op de yogamat mochten. Jippie. Goed voor het verlagen van het stressniveau. Goed voor het lichaam. Goed voor de immuniteit.

Maximaal met 4?

Maar in de regels van de overheid zie ik alleen dat je maximaal met z´n viertjes mag sporten. Inclusief instructeur. En natuurlijk op 1,5 meter. Dat laatste halen we wel. Maar is een groepsles dan iets anders dan samen sporten, vraag ik me verwonderd af? Want op nieuwssites staat ook dat het wel weer mag, die groepslessen.  

Sauna

Ik had hetzelfde met de sauna. Daar mocht je een paar weken geleden nog gewoon naar binnen. Bij reservering klonk meteen heel streng:  eten of drinken verboden en dus niets te bestellen.  Logisch,  wat de horeca niet mag, mag daar ook niet. Maar uitrusten op een bankje mocht wel in het rustgedeelte. Daar doe je het eigenlijk ook voor. Eerst hitte en kou trotseren en je lichaam goed afbeulen. Daarna even in de rust. Ook weer alles voor het immuunsysteem. 

Mag dat? Of toch niet?

Later vernam ik dat de desbetreffende sauna op de vingers was getikt. Er zaten toch mensen in het restaurant die er klaarblijkelijk niet mochten zijn. Ging dat dan om dat rusten op die bankjes?  Want in het restaurant mocht ik beslist niet komen. En toen hoorde ik ook nog van een vriendin die elders naar een sauna was geweest. Die had daar gewoon in het restaurantgedeelte een gekocht kant-en-klaar lunchpakket opgepeuzeld. Dat mocht daar. Of misschien toch ook niet?  

Onduidelijke regels

Als ik de regels nog eens lees, denk ik dat er aan de voorlichting nog wel wat te winnen valt. Dat het duidelijker moet en dat het soms gewoon niet te snappen is. Net zoals ik het nu dus ook niet snap.

Lemmer in kerstsferen

En omdat ik het nu niet snap ga ik maar een ommetje maken. Door een prachtig verlicht Lemmer dat de ondernemers toch maar weer met z´n allen hebben klaargespeeld. Geen Dickens dit jaar, geen extra omzetten, een rotjaar kortom voor de meesten. Maar toch gezelligheid als je daar met (maximaal 4 toch?) door het dorp struint. En misschien zo meteen ook ergens een koek-en-zopietent? Want dat valt toch onder afhalen? Of zit ik daar ook weer mis mee?

dinsdag 10 november 2020

Het rapport De Polle

 Verbaas u niet, verwonder u slechts. Ik moest de zin even opzoeken, want wist niet meer precies hoe hij ging. Maar verbaasd was ik. Verwonderd ook trouwens. Eerder had ik wel een berichtje van de gemeente gelezen over de invulling van De Polle-Zeedijk. 


Daar waar een deel historie van onze vissersplaats ligt die eigenlijk niet verloren zou moeten gaan. B&W wilden daar geen supermarkt hebben, nadat onderzoek had uitgewezen dat dit klanten uit het centrum zou trekken. Inwoners van Lemmer waren trouwens een heel andere mening toegedaan: die gaven in meerderheid aan dat ze graag de Lidl en mogelijk ook de Aldi op die plek wilden hebben. De Lidl zelf wil al heel lang uit de Passage. Te klein behuisd, geen mogelijkheden meer tot uitbreiding. Om die reden reizen heel veel mensen af naar Balk waar ook een winkel van die keten staat. Ook aan de rand van het centrum, maar met een enorm winkeloppervlakte en voldoende parkeergelegenheid. Enfin, dat was een gegeven. 

Rapport De Polle Lemmer

Maar toen ging ik me eens in het rapport verdiepen en toen kwam ik toch wel heel bijzondere zaken tegen. Het woningbouwplan dat er al ik weet niet hoe lang ligt, is tot op heden nog steeds niet meer dan een bord op een stuk grond. Mogelijk dat dit bord er trouwens op dit moment niet eens meer staat. Ik heb wel fraaie tekeningen gezien, maar er is voorlopig nog geen schep de grond in gegaan. Ook is op de desbetreffende pagina´s van de projectontwikkelaar naar mijn idee niets te vinden over prijzen, een startdatum of iets anders. 

Projectontwikkelaar wil wel een supermarkt

Dat verbaasde me niets toen ik dat rapport eens goed ging doorspitten. Want de gemeente schrijft dat ze daar geen supermarkt wil, maar wel extra ruimte wil geven voor woningbouw. Maar de projectontwikkelaar wil helemaal niet dat daar meer woningen worden gebouwd (vooral niet door anderen). Concurrentie, zo stelt ze. En juist diezelfde huizenbouwer wil wel weer dat die supermarkt er komt. Ze laat tussen neus en lippen dan ook nog even vallen dat ze dan dat prachtige oude gebouw waarin de historie van Lemmer zo in ligt besloten, gedeeltelijk wil behouden. Komt die grootgrutter er niet, dan gaat het gebouw ook plat. Aha, dat is dan toch wel wat andere koek. Op een prachtige animatie zie ik de voormalige Houtmolen in een nieuwe setting. Met daarbij de woorden: Een prachtige herbestemming van het industrieel erfgoed. Niet dus..........

woensdag 28 oktober 2020

Geluk zit hem in een goed gevulde koelkast en een mooi interview

 


Het valt mij op dat mijn beroepsgroep zich wel heel goed bewust is van de gevaren van corona. Er zijn tegenstanders van virus en regelgeving die ons verwijten dat we weet ik veel wat voor complotten hebben gesmeed: we hebben er voor gezorgd dat pedofielennetwerken bestaan en klaarblijkelijk iets met dat virus te maken hebben. We hebben er voor gezorgd dat er helemaal geen ziekenhuisbedden vol met mensen liggen. Nog even en het is onze schuld dat er een virus is. Oh nee, want die mensen geloven niet dat er een virus is.

Test2

Enfin, hoe het ook zit: het merendeel van mijn directe collega´s heeft al meerdere keren een stok in neus en keel geduwd gekregen. Omdat we vaak op pad zijn en we ons niet kunnen permitteren om mensen te besmetten, zo vinden we. Ook ik heb inmiddels test 2 achter de rug. Die wat onaangenamer was dan de eerste. Deze dame telde af tot 5 terwijl ik door het raam van de auto keel en neus moest tonen. Ik heb vervolgens een halve dag alleen maar geniesd. Maar enfin, de test was negatief, kwam per DigiD bericht binnen, dus dat maakte dat ik weer naar buiten mocht.

Naar de supermarkt

Ik toog daarom vanavond voor het eerst weer naar de supermarkt in Lemmer. Laat, want dan zijn er niet zoveel mensen. Maar ik had een week onder een steen gelegen dus toen ik daar om kwart voor 8 aankwam, werd er al van alles naar binnen gesjouwd. Om 8 uur alles dicht. Oh ja, vergeten. Vanwege boze mensen die dan geen alcohol meer mogen scoren. Dus ik race met beslagen brillenglazen en briefje in de hand tussen alle schappen door. Maar zag daarna tot mijn grote plezier dat de supermarkt verderop wel na 8 uur nog open was. Dus ook daar nog naar binnen. 



Winkelen voor kwetsbaren

Tijdens het winkeluur voor kwetsbaren ook nog. Zoals ik ook vaak wordt gezien, omdat ik ooit ziek was. Maar waarbij ik nu denk dat ik niet zoveel zaken heb die mij extra kwetsbaar maken. Een waar genot trouwens dat winkelen tijdens zo´n uur. Met gepaste afstand en mondkapje op inkopen zodat je er weer een week tegen kunt. 

Ik word gelukkig van eten

Al in de winkel werd ik gelukkig. Al die heerlijkheden in een redelijk prettige setting. Biologische melk en roomboter, panna cotta voor lief, fruit, brood, broodbeleg, rijst, groente, gerookte zalm, olijven, roomijs (ook alweer voor lief), koffie, nootjes, biologische pindakaas voor de Afrikaanse stoofpot. Ik stopte het vervolgens in koelkast en diepvries (daar waar ook biologisch vlees van de boer ligt). Daar waar ook een pan met draadjesvlees stond en de eigen gemaakte soep met een biologische soepkip erin. En ik  dacht:`Dit is geluk.` Genoeg te eten, een dak boven je hoofd en de kachel die brandt. 

Olga Zuiderhoek

Toen was er vervolgens ook nog een interview met Olga Zuiderhoek op de tv. Die ik altijd immens heb bewonderd. Om haar spel, om haar manier van praten en ook wel om haar uiterlijk. Ik vind het een intrigerende vrouw. Ik zag haar met een Franse slag het graf van haar man wat opruimen, bloemen van vriendinnen in een halve plastic fles zetten en vertellen dat het monument dat hij gekregen had, helemaal niet zo groot had moeten zijn. En dat ze daar later ook kwam te liggen, maar ja dat als je dood bent dat eigenlijk ook niet zoveel uitmaakt. Maar ook dat ze van haar moeder had geleerd dat je eerst alleen moest kunnen zijn, voordat je met een ander kunt samenleven. Ik genoot. En dacht opnieuw: Ook dit is geluk. Zelfs in coronatijd. 


maandag 26 oktober 2020

Net als in de film


 

De zon scheen, de meeuwen schreeuwden en het was gezellig. Ik zat op een coronaproof terras bij de haven(toen er even een tijd was dat het nog even mocht) Ik genoot. Een echtpaar kwam wat verderop zitten. Ze maakten grapjes. Toen schoven naast  me een moeder en dochter aan. Moeder was grootmoeder van een kleindochter zo bleek al snel.  Dochter was de moeder van dat kleinkind. 

Telefoon op de luidspreker

Hoe ik dat weet zullen jullie je misschien wel afvragen. Het eenvoudige antwoord was dat we aan die waarheid niet voorbij konden. Kleindochter belde namelijk  met moeder. En die zette haar telefoon op de speaker. En gaf toen de telefoon aan haar moeder, de grootmoeder van de dame waarvan ik nu ongeveer de hele levensgeschiedenis ken. Het begon  trouwens heel luguber. Nog voordat we wisten wat er aan de gang was, kregen we een verhaal over vulvakanker. De meest gruwelijke beschrijving schalde over het terras. Iedereen keek verbaasd om zich heen. Een kankergezwel dat uit een vrouw haar edele delen groeide. Wat ernstig genoeg is voor de betrokkene, maar waar je als derde partij nu niet echt getuige van hoeft te worden. Of ze er wel tegen kon vroeg oma. Kleindochter antwoordde dat ze er totaal geen moeite mee had. Wat wel wat disrespectvol aandeed.

Conversatie verschuift radicaal

We kregen nog een soort van ICS verslag van de hele situatie waarna de conversatie radicaal  verschoof. Het onderwerp vriendje/man kwam namelijk ter sprake. Man/vriendje deed het niet goed. Deed zelfs helemaal niet goed. En ze had hem de koop beloofd. Als hij niet veranderde, was ze weg.  Dat hij het maar goed besefte. Oma prees haar om die woorden. Dat ze het niet moest pikken: dat hij haar nooit als een soort vuil mocht behandelen. En dat als hij dit weer zou doen, ze het hem opnieuw moest inprenten. Maar dat hij nu toch een hele romantische date voor haar had geregeld. Dat ze dat  als een goed teken moest beschouwen. Dat vriendje/man oma in kleuren en geuren verslag had gedaan van zijn actie. Dat dit toch leuk was. Kleindochter protesteerde. Dat oma zich niet moest laten inpalmen. Dat als hij nog een keer de was niet deed, ze er klaar mee was. Dat zij veel meer werkte dan hij en dat hij toch altijd zeurde. Dat ze er klaar mee was. 

Ja kind, ja kind

Oma bleef maar zeggen dat ze vriendje/man toch de waarheid had gezegd en dat ze in contact moest blijven. Dat hij toch echt niet bij haar weg wilde. Kleindochter werd echter steeds woester en leek op het punt van het verbreken van de relatie. Waarop oma maar bleef sussen. En kleindochter steeds woester werd.  Het echtpaar verderop had er inmiddels genoeg van om al die pikante details van een onbekende aan te horen. Zij draaide zich pontificaal om en wilde net oma de mond snoeren toen ze mij zag lachen. Zie het als een verhaal zei ik. Of een film. En u hoeft er niet eens voor te betalen....

dinsdag 20 oktober 2020

Weer niet over nagedacht

 


Ik moest even snel Lemmer in, kwam van elders en wilde bij de Chinees, onze vroegere buurman en buurvrouw parkeren. Inmiddels is dat restaurant al jaren dicht door het jammerlijke overlijden van onze buurman, maar in mijn beleving blijft het toch hun restaurant. 

Waar parkeren met een uitvaart?

Enfin, toen ik aan kwam rijden was er net een uitvaart bezig. Die zijn al heel raar op dit moment. Onpersoonlijk en op afstand van elkaar. Mensen stonden buiten de laatste eer te bewijzen, maar andere mensen die dat ook wilden doen kwamen vast te zitten met hun auto. De rouwauto zat daar een beetje raar tussen ingeklemd. Weinig verheven zou je denken. Zeker als het gaat om het laatste wat je nog voor iemand kunt doen.

Hoewel in de buurt van het Fedde Schurerplein nooit een overdaad aan ruimte is geweest, kunnen mensen die naar de kerk moeten altijd uitwijken naar het Bantegaplein. Nou ja, konden uitwijken naar het Bantegaplein. Want er is nu helemaal geen Bantegaplein meer. 


Grote bouwput 

Er is nu een grote bouwput met een bordje dat er niet meer geparkeerd kan worden. Dat is ook wel overduidelijk, overal zijn linten gespannen en staan afschermingshekken. Een goede die daar zijn Fordje nog doorheen krijgt om een plekje op te eisen. Enorme bouwwagens rijden bovendien af en aan op die ongelofelijk klein bemeten ruimte. En dat zorgt voor behoorlijk gevaarlijke situaties. En dat blijft dus gewoon zo de komende twee jaar. 

Moloch

Dat er een moloch gaat verrijzen is ook wel duidelijk. Hoeveel ruimte dit plan inneemt, zie je nu pas. En daar – tussen al die mooie oude woninkjes – verrijst dan over 2 jaar een hypermoderne supermarkt. Een totaal overbodige supermarkt, want we hebben er al meer dan genoeg. Had in Oosterzee de winkel overgenomen denk ik nog, omdat ze daar bijna van de ene op de andere dag zonder eten zaten. Enfin, ondertussen moeten mensen die hun geliefden naar hun laatste rustplaats willen brengen, blijkbaar hun auto in datzelfde Oosterzee parkeren. Want stel je bent oud - of jong - en je wilt toch afscheid nemen van iemand die je altijd na aan het hart ligt. Je bent niet meer zo goed ter been of misschien ook wel, maar een plek om je auto neer te zetten is er eenvoudigweg niet. Tenzij je naar de ijsbaan wilt lopen. Maar oh nee, die staat in de winter onder water. Daar is ongetwijfeld weer niet over nagedacht.  Een slecht plan die supermarkt. Een heel slecht plan. Had er woningen neergezet voor ouderen. Die staan nu 6 jaar op een wachtlijst met verbrijzelde knietjes en verschrompelde heupen, maar moeten wel elke avond een trap opklimmen om in bed te belanden. Slecht dus. Heel, heel slecht. 

dinsdag 6 oktober 2020

Het andere voordeel van een mondkapje

Toen ik 15 jaar geleden naar Bali vloog en een tussenstop maakte in Hongkong keek ik mijn ogen uit. Niet alleen de andere wereld, maar ook dat bijna iedereen met een mondkapje op liep, viel me op. Niemand keek er raar van op en ze werden alleen opzij geschoven voor al dat heerlijke eten dat geserveerd werd. Toen ik later naar Thailand reisde was het daar niet veel anders. Mensen beschermden zich er daar mee tegen de smog.

Inmiddels zitten wij dus ook in een mondkapjesmaatschappij. De voor- en tegenstanders buitelen over elkaar heen. Je zou er door stikken, je zuurstof daalt zodanig dat je er een hersenbeschadiging van oploopt en ik weet niet wat voor onzin ik allemaal voorbij heb zien komen. En ja, je kunt er heel  spastisch over doen dat je zo´n ding op moet zetten. Je kunt het ook gewoon accepteren en het gewoon doen.  

En ik ben wat klaar met alle mensen die elkaar de vliegen afvangen over waarom wel of waarom niet. Zoveel negativiteit, die alleen maar energie kost en we schieten er volgens mij geen moer mee op. Nee, dan mijn huisarts uit Lemmer. 

Uitstrijkje

Die gaf een reden die ik hier niemand wil onthouden. Het beeld dat ik u nu even presenteer is misschien iets te veel voor zomaar een krantenberichtje. Maar vooruit ik deel al zoveel intiems, dat dit er nog wel bij kan. Ik moest dus een uitstrijkje. Ik ken geen vrouw die dat als hobby heeft. Want daar lig je dan met de benen wijd terwijl er van alles in je binnenste gebeurt. Ik geef dan ook altijd aan dat dit bij mij een `moordpartij` is. Ja, heel overdreven waarschijnlijk. Maar wel in de hoop dat het dan snel voorbij zal zijn. Mijn dokter is een goede uitstrijkjesmaker, maar loopt dus met een mondkapje voor (wij als patiënt toen nog even niet, maar nu inmiddels ook). Enfin, om me af te leiden van dat cruciale onplezierige moment waarop je onderste regionen worden geopend, vertelt ze altijd van alles. Nu noemde ze het voordeel van een mondkapje. Sommige vrouwen laten een scheet als ik dit doe zei ze. Door het mondkapje ruik ik niks. Een groot voordeel zei ze ernstig. Waardoor ik onbedaarlijk moest lachen. Maar het is natuurlijk waar. Het mondkapje beschermt verder tegen slechte adem, je hoeft geen make-up meer op en ook andere niet zo lekkere lichaamsgeuren worden tegengehouden. Hoezo ongemakkelijk zo´n mondkapje?

dinsdag 29 september 2020

Van wanhoop naar succes

 

Flink wat jaren geleden zat ik in een huiskamer in Lemmer. Ik was gevraagd of ik een interview wilde doen met een jong paar uit Syrië, dat uitgezet zou worden. De kerk had zich voor hen ingespannen en had hen een tijdelijk huis aangeboden. Dat was ook niet bepaald overbodig. Ze woonden namelijk in een ijskoude caravan op een camping en zij was hoogzwanger. De wanhoop die ik voelde toen ik daar die kamer betrad was enorm. Bijna grijpbaar hing hij in de lucht. Twee jonge mensen met heel veel potentie en dromen, waren gevlucht voor een regime waarvan ze toen al wisten dat het slecht was. In en in slecht was. En ze hoopten hier veiligheid te vinden. Maar ze vonden vooral veel tegenwerking.

Afgelopen week mocht ik weer bij ze op bezoek. Want ze kregen het toch voor elkaar dat ze mochten blijven. En deze keer was er iets heel anders te zien. Succes. Maar ook vooral doorzettingsvermogen.  Ze openen deze week  een tweede zaak of eigenlijk een derde. Want zowel vader als moeder heeft een bedrijf dat het goed doet. Een klusbedrijf en een kinderopvang. En nu heeft hun 21-jarige zoon inmiddels besloten om eveneens voor zichzelf te beginnen. Hoewel hij die wanhoop van het begin niet heeft meegekregen, heeft hij overduidelijk veel van de drive van zijn ouders meegekregen. Want ze hebben op hun tandvlees  bereikt dat ze mochten blijven. En vervolgens op datzelfde tandvlees een bedrijf opgezet dat meer dan succesvol was. En toen nog eentje. En nu dus nummer drie, een winkel in tegels en sanitair.

Op de opmerking dat het allemaal goudzoekers zijn die hier ons land komen bestelen, zou ik hen dan ook als tegenvoorbeeld willen stellen. Maar ik zou ook graag eens willen laten zien hoeveel pijn en moeite het kost om in een nieuw land helemaal vanaf nul te moeten beginnen. De taal is anders, het klimaat is anders, de omgeving is anders, de mensen zijn anders. En als buitenlander moet je je altijd tien keer meer bewijzen dan als inheemse Nederlander. Des te mooier is het om te zien hoe goed dit stel en hun hele gezin het heeft gedaan. Nog mooier is dat ze er niet bitter door zijn geworden. Gewoon doorwerken is hun devies en niet opgeven. Nooit opgeven. En daarvoor neem ik mijn petje af. En maak ik een hele diepe buiging.

dinsdag 22 september 2020

De rookpaal bij het zwembad


Net als andere mensen heb ik zo mijn gevoeligheden. Momenteel zijn daar genoeg van te vinden in het anti-coronakamp. Mensen komen daar met kreten die ik echt niet begrijp. Nu weer influencers die schreeuwen dat ze niet meer meedoen. Die doodgoeie Gommers die ik graag als surrogaat vader zou hebben, pakte het goed aan en gaf aan graag in gesprek met hen te gaan.

Angstige week

Naast het anti-coronakamp heb ik natuurlijk nog wel andere zaken waar ik me aan stoor. Of misschien is storen het juiste woord niet eens. Ik begrijp het niet. In dit geval behoeft dat enige uitleg. Ik heb er een angstige week opzitten. Wie ooit kanker heeft gehad, denkt bij ieder signaal dat het zich weer openbaart. Ik had een niet zo goede uitslag gekregen van het bevolkingsonderzoek. In een ander deel van mijn lichaam bevonden zich ´onrustige´ cellen. Toen ik vertelde dat ik borstkanker heb gehad en dat mijn moeder is overleden aan longkanker en mijn vader aan nierkanker, zag ik de arts wat bedenkelijk knikken. 

Rook je ook?

Direct daarop vroeg ze of ik ook rookte. Nee, zei ik. Wat ik er niet bij zei was dat ik het beeld van mijn stervende ouders nooit meer van mijn netvlies krijg. Dat de bizarre situatie van het verlies van je beide ouders binnen 3 weken eigenlijk niet te doen is. Dat ik het gegil van mijn moeder omdat de kanker haar botten volledig had doorgevreten nog steeds wekelijks hoor. Dat het beeld van mijn volledig uitgemergelde vader het beeld van wie hij daarvoor was volledig heeft verdrongen. En ja, hun kanker kwam heel waarschijnlijk omdat ze rookten. Een verslaving die ze ontwikkelden toen ze nog tieners waren en de gedachten over roken nog heel anders waren. Ik vond en vind het smerig dat roken. Maar ik ben vooral bang dat mensen die dat nog steeds doen hetzelfde lot beschoren zal zijn als mijn ouders. En dat is een schrikbeeld.

Rookpaal bij zwembad in Lemmer

Dat brengt me bij de rookpaal bij ons plaatselijke zwembad in Lemmer. Die stond er opeens uit het niets. Lekker roken nadat je een kilometer gezwommen hebt of zo, zo´n soort idee. En het is ongetwijfeld belerend van me dat ik vind dat zo´n paal daar in ieder geval niet hoort te staan. Omdat het iets aanmoedigt dat verdorie mensenlevens kost. En dat aangeeft dat sport en roken samen zouden gaan. Terwijl in feite niets samengaat met roken. Misschien kan die lieve Gommers daar ook eens over in gesprek met de heren en dames van het zwembad. Dat kan hij namelijk goed. En oh ja, de onrustige cellen bleken toch aardig kalm te zijn. Na wat onplezierige onderzoekjes bleken ze toch heel rustig en mag ik over een jaartje weer terug komen. En dat is op meer dan 1 gebied aangenaam. Want komt er weer een tweede Coronagolf  (of eigenlijk is hij er al heb ik begrepen) dan ben ik bang dat weer heel veel mensen voor dit soort zaken weer niet terecht kunnen in het ziekenhuis. En dat zien die influencers ook niet ben ik bang. 

dinsdag 25 augustus 2020

Een schreeuw om hulp?

 

Heb je zelfmoordgedachten? Je bent niet de enige. Praat er over. Alsof dit stuk geschreven moest worden, bleef die boodschap maar voorbij komen. Durf ik er over te schrijven vroeg ik me af? Het laatste taboe te doorbreken?


Zelfdoding

Ik wist het niet, maar het moest eruit. Want eerder sprak ik bij een hulpverlener in deze gemeente mijn angst uit over iemand die met die gedachte rondliep. Ze liep er niet alleen mee rond, er was ook daadwerkelijk actie geweest. En misschien was het een halfslachtige poging, maar niettemin een poging. De hulpverlener liet me weten dat het vaak een schreeuw om hulp is en dat het wel goed zou komen. En maakte er verder niet zoveel van. En dat vond ik veel te kort door de bocht.  Ik voelde me bovendien niet serieus genomen. Ik voelde dat zij niet serieus werd genomen. Hoezo, een schreeuw om hulp dacht ik? 

Totale ontreddering

Een aantal mensen uit mijn leven heeft het niet alleen bij een poging gelaten, maar slaagde daar ook daadwerkelijk in. De ontreddering die ik daarbij voelde was immens. Groter dan bij een `normale` dood terwijl dat vaak al nauwelijks te behapstukken is. Bovenal vond ik het voor degene in kwestie het meest eenzame proces ooit. Want zelfdoding doe je niet omringd door anderen, dat gebeurt in eenzaamheid.  

En ik ben er zeker van dat veel anderen dit ook zo voelen. Als je man of vrouw, dochter of zoon,  oom of tante, broer of zuster, vader of moeder of vriend of vriendin het leven niet langer zag zitten en die laatste actie daadwerkelijk heeft ondernomen, is dat niet te bevatten. Vaak zullen de nabestaanden zich afvragen of zij iets hadden kunnen doen om dit te voorkomen. Of ze blijven zelf getraumatiseerd achter om datgene wat ze hebben moeten aanschouwen. 

Begrip 

Niet dat er soms geen begrip is voor groot geestelijk lijden. Maar waarbij die zelfverkozen dood toch in alle gevallen een enorme impact heeft gehad. En als we eerlijk zijn weten we bijna altijd wel bij wie de dood zelf verkozen was. Zo´n tijding gonst door een dorp. Alsof we het allemaal niet kunnen bevatten. Of om het te bezweren. Laat het ons niet gebeuren. Dat soort werk. In de gevallen dat er ´alleen` een dreiging is, is er vaak veel stil verdriet. Want hoe deal je met iemand die zo diep zit, dat je nooit weet of je hem of haar de volgende keer levend aantreft? Dat je je bij elke stap bewust bent dat het kan, altijd alert en op de toppen van je zenuwen. En dat, dat zou de hulpverlening toch minimaal moeten weten.

dinsdag 11 augustus 2020

Willekeur

 

In het begin van de coronacrisis was ik woest op een groep jongelingen die het niet kon laten om ondanks het verbod toch een feestje te bouwen. De jongeren hebben het geweten, want de politie stond al snel bij ze op stoep (zo kwam ik er ook achter) en ze moeten het doen met een fikse bekeuring en ook nog een strafblad als ik het wel heb. 


Dom om samen te scholen

Dat het dom is om met een hok vol mensen samen te gaan scholen, vind ik overigens nog steeds. Maar ik hoor steeds vaker dat ik dat niet meer mag zeggen. We moeten onze jongeren met fluwelen handschoentjes aanpakken. Want een jaar niet feesten is voor hen als een eeuw. Ik ben natuurlijk een oude muts, maar ik denk dat je ook jongeren best mag wijzen op een solidariteitsprincipe. Wat zij doen heeft beslist effect op ouders, grootouders, kwetsbare andere jongeren, kwetsbare kinderen en ga zo maar door. 

Solidariteit

In Aziatische landen is dat gevoel voor de ander er wel, waarom zou dat hier dan niet kunnen zijn? Omdat we strontverwend zijn met z´n allen en ook de jeugd denkt dat alles wat ze wil, ook moet? Dat denk ik namelijk. Enfin, dit zal wel helemaal de verkeerde toon zijn, ik moet ongetwijfeld heel veel begrip hebben voor jongeren die denken dat het einde van de wereld nabij is nu ze niet naar de disco (heet dat tegenwoordig nog zo?) kunnen. Maar ik heb dat begrip niet en vind dat zij juist degenen moeten zijn die na moeten denken.

Willekeur

Maar wat me nog meer tegen de borst stuit is de enorme willekeur. Onlangs stond een plaatje van een hossende groep op een boot in het centrum van Lemmer prominent in een dagblad. Ze hadden het zo gemist en hun leven was zo vreselijk, zeiden ze. Nu zag het er niet bepaald vreselijk uit, maar was het lawaai en de overlast die ze veroorzaakten wel vreselijk. Want ze schoolden niet alleen samen, ze maakten mensen ook gek met hun veel te harde muziek, de troep die ze in het water keilden en hun gedrag. En ja, ze waren een coronagevaar. Door met tig jongelui op een boot te staan met misschien anderhalve centimeter er tussen. Maar ze kregen een podium doordat ze mochten ventileren hoe erg ze het hadden. Bij de krant, bij de politie of gemeente. Niks bonnenboekje en een flinke prent. Beloning voor slecht gedrag zeg maar. Dus dan denk ik dat die andere jongeren hun boete nu ook gewoon kunnen verscheuren?  

vrijdag 24 juli 2020

Een stok(je) in je neus


Laat je testen zeiden de hoge heren en de experts. Dan weten we tenminste wie er besmet is en wie niet. Met een neus die meer drupte dan niet, leek het me een goed plan. Ook de pijn achterin mijn keel leek me een signaal te kunnen zijn. Dus ik bleef netjes thuis, maakte een afspraak en moest toen best lang wachten op het moment dat ik mocht komen. Toen ik parkeerde stapte een piepjong meisje uit de auto naast me. Ze was met haar moeder. Had een mondkapje voor en liep naar het testgebouw. Waarvan acte.

Zal ik wel of niet

Daar in zo´n grote hal allemaal dames in een soort robotuitrusting. En voor me een dralende vrouw. Hoe ver gaat dat stokje in je neus? Doet het erg zeer? Zal ik het wel doen of niet? Ik dacht, mens loop toch door en laat het gewoon doen. Hoe sneller je dat doet, hoe eerder het voorbij is. En hoe sneller het voor mij ook voorbij is.

Onaangenaam

Ik kreeg een buisje en een folder mee naar een alleraardigste mevrouw in zo´n blauw pak en een kap rond haar hoofd. Ze worstelde met haar handschoenen. En had het warm volgens mij. Zegt u maar wat ik moet doen zei ik. Ze legde het uit. Ook dat het wel even onaangenaam kon zijn. Maakt niks uit zei ik. Ik heb chemo´s gehad, zo erg zal het vast niet zijn. Wat misschien heel ongepast was om te zeggen.

Het ene neusgat wilde niet

Eerst ging de wattenstaaf diep in mijn keel in de hoekjes. Daarna in de neus. Het ene neusgat wilde niet. Dat zat wat dicht. Dat voelde ik ook. Dan de andere maar. Dat ging beter. Het was inderdaad wat onaangenaam, maar ach het was ook zo voorbij. Dank u zei ik. Dat u dit toch maar doet. Met gevaar voor eigen gezondheid.

Thuisblijven en afwachten

En toen was het thuisblijven geblazen en het verlossende of niet verlossende telefoontje afwachten. Binnen 48 uur hadden ze gezegd. En hebben we dan niet gebeld, dan mag u ons bellen. Ze hadden niet gebeld binnen 48 uur. Maar ik mocht hen toch niet bellen, werd me te verstaan gegeven toen ik dan maar zelf belde. Ze bekeek ongetwijfeld de uitslag, maar controleerde alleen mijn telefoonnummer. Dat is het juiste zei ze en ze hing weer op. En dus zat ik te wachten. En te wachten. Op verlossing. Of op nog een extra week thuisblijven….
Het werd gelukkig de verlossing. Ik mag er weer uit. Maar in drukke winkels doe ik mijn mondkapje maar voor heb ik me voorgenomen. Want nog een week binnen, riskeer ik niet weer.

dinsdag 21 juli 2020

De gewone man


Ik ben een kind van de gewone man. En de gewone vrouw natuurlijk. Mijn ouders hebben altijd keihard gewerkt om voor ons een betere toekomst te geven. We konden goede opleidingen volgen, we kregen de kans ons te ontwikkelen. Zelf hadden ze die kans niet gehad, maar vooral mijn vader bereikte veel door avondstudie en door keihard werken. Toch bleven wij een gezin van de gewone man.

Zo gingen we vroeger eigenlijk nooit op vakantie. Ja, we gingen in een auto die was gekocht voor 50 gulden en een zak sinaasappelen de Afsluitdijk over en bleven dan een aantal dagen bij een tante van mijn moeder. Erg gezellig, daar niet van. De auto brandde trouwens halverwege die lange dijk af, maar dat terzijde. Maar het was geen vakantiepark of een buitenlandse bestemming zeg maar. Dat konden ze gewoon niet betalen. En dat gold eigenlijk voor bijna onze hele kennissen- en vriendenkring.

Uitje van de buurtvereniging was hoogtepunt van het jaar

 Het uitje van de buurtvereniging elk jaar was zo´n beetje ons hoogtepunt van het jaar.
Toen het economisch later voor iedereen wat beter werd, gingen mensen wel op vakantie. Met de tent of de caravan voornamelijk, want dat was goedkoper dan bijvoorbeeld een buitenlandse bestemming of een hotelkamer.

Laatste camping Lemmer 

Op de laatste camping die Lemmer nu nog heeft (de andere is ook al snel met het grote geld verdwenen) staan nog steeds mensen die er wel graag uit willen, maar waarschijnlijk ook niet heel fortuinlijk zijn. En dat gaat nu dus alweer veranderen. De vaste plekken waar mensen zo aan gehecht zijn weg, er chalets voor in de plaats waarschijnlijk en dan nog wat losse kampeerplekken. Die chalets zullen ongetwijfeld in handen komen van mensen met geld of organisaties met geld. Zo staan er in Delfstrahuizen recreatiewoningen die bijna 6 ton en meer kosten en die worden verhuurd voor zo´n 1300 euro per midweek. Let wel, dit is een tweede woning van iemand. En die zijn te huur. Wil je daar als simpele gewone man gebruik van maken gedurende 3 weken , dan betaal je een dikke 4000 euro voor 3 midweken. Let wel geen weken, midweken. Ook in Balk komen recreatiewoningen te staan die te koop worden aangeboden vanaf zo´n 8 ton, oplopend tot meer dan een miljoen. En geloof me, ik gun dat iemand met geld echt wel. Maar voor de gewone man blijft er zo alleen de achtertuin over. En dat kan toch niet de bedoeling zijn?

woensdag 15 juli 2020

Onwillige oosterburen en belachelijk gedragende Nederlanders

Jullie aanpak is hemels las ik in een landelijke krant. Aan het woord toeristen die ons land aandeden. Ze zaten notabene op een camping in Leeuwarden. Ja, dacht ik, ik geloof het graag. Dat het hier hemels is. Maar ik vind hun gedrag iets minder verantwoord. Het valt me namelijk steeds vaker op dat onze Oosterburen het hier in Lemmer helemaal niet zo nauw nemen met onze regels die toch echt nog wel van toepassing zijn. De 1,5 meter lijken de dames en heren uit Duitsland niet te kennen.  Terwijl ze daar overal met een mondkapje schijnen te moeten lopen, doen ze hier net alsof ze nog nooit van Covid19 hebben gehoord.

Omver lopen

In supermarkten lopen ze de kar voorbij, maar ze lopen ons ook gewoon omver. En niet alleen in de supermarkt. Manlief en ik waren schoenen komen in een grote ketenwinkel in Lemmer. Ruimte genoeg zou je zeggen. Wurmt een man zich gewoon tussen ons in, met ongeveer een centimeter ertussen. Moet dat nou zo zeg ik tegen hem. Hij reageert niet, kijkt niet, hoort niks en komt vervolgens een minuut later nog een keer terug. Ik zeg er nog wat van, hij reageert weer niet. Later bij de kassa blijkt de man een Duitser te zijn. Daar gaat hij dan wel netjes in de rij staan, maar ik denk moet ik daar nu nog een keer iets van zeggen? Want verdorie het gaat nu redelijk goed, maar in mijn omgeving zijn er echt mensen die de ziekte gekregen hebben of waarvan een bekende van hen de ziekte heeft gehad. Dat betekent heel ziek worden, of  in quarantaine en niet meer werken of sociaal contact hebben.

Sluit de grenzen dan maar weer

Wij houden ons aan de regels, blijkbaar zien veel toeristen ons fijne waterplaatsje als een walhalla waar ze gewoon kunnen doen wat ze willen. En onder hen zitten vast mensen die echt wel ziek zijn en dat domme virus op ons over kunnen brengen. Sluit die grenzen dan maar weer denk ik, want als je niet het fatsoen kunt hebben om als gast in een ander land je daar aan te houden, dan ben je hier gewoon niet welkom. Wat ook omgekeerd geldt trouwens: als wij weer gaan reizen, verwacht ik ook dat we ons aan de regels van dat land houden. Want die taferelen van zich belachelijk gedragende jongeren uit het Gooi in Portugal en groepen in het Belgische Knokke, is me net zo goed een enorme doorn in het oog. De bevolking daar wordt door toedoen van die egoistische wezens net zo in gevaar gebracht als wij hier. Dat de wapenstok er daar dan aan te pas komt, begrijp ik heel best. Hier zal dat wel weer niet mogen, maar als je zo overduidelijk de regels aan je laars lapt, dan mag het van mij. Even een klein tikje ter correctie. Gewoon om die anderhalve meter weer in acht te nemen. En die anderhalve meter wordt dan wel door heel veel mensen betwist, ik neem liever het zekere voor het onzekere.

dinsdag 7 juli 2020

Een vampier op de douchewand



Een vriendin van me kreeg vorige week de schrik van haar leven. Nietsvermoedend stapte ze onder douche, greep naar de shampoo , draaide zich om en stond toen oog in oog met een monster. Het dier had zich met zijn pootjes aan de douchewand vastgeklampt, keek haar venijnig aan (of dat leek zo, ik heb me wel eens laten vertellen dat ze blind zijn) en scherpte alvast zijn puntige tanden (ook dat is een aanname, maar op de foto lijkt het toch echt alsof hij elk moment een hapje van haar wil nemen).

Monster in huis

Van schrik sprong ze uit de badkuip, kwam daarbij heel lelijk te vallen en liep de nodige verwondingen door op. Duizelig,  maar net niet buiten westen, krabbelde ze snel op met bloedend hoofd, schoot in haar ochtendjas en rende als een haas naar buiten. De buren dachten minstens dat er een seriemoordenaar aanwezig was, maar ook zij schrokken toen ze het monster aantroffen. Ooit schreef ik wel eens een artikel over hoe je deze gevleugelde vrienden weer uit je woning krijgt en dat bleek niet eenvoudig. En het blijkt dat de beesten zich wel veel vaker toegang verschaffen tot een woning.

Vleermuizenhotel

En nu verrijst er in de Schoklandstraat een heus vleermuizenhotel. Het zijn beschermde dieren, dat snap ik best. En dat ze nu ergens anders een plekje nodig hebben, begrijp ik ook nog wel. Maar daar boven op een appartementengebouw, waar neem ik aan regelmatig de raampjes openstaan? In een artikel las ik dat alleen de laatvliegers hondsdolheid overbrengen. Maar het dier bij mijn vriendin was blijkbaar zo´n laatvlieger.

Vleermuis in je woning

Laat ze gewoon met rust en dan doen ze niks, is het advies van de geleerden. Maar hoe doe je dat als er zich eentje in je badkamer of slaapkamer heeft genesteld vraag ik me af. Je staat niet echt heel lekker rustig te douchen denk ik als die kleine vampier je vanuit een hoek aan zit te staren. Dus dan wil je het dier toch echt wel weg hebben, hoe je ook voor bescherming van bedreigde diersoorten bent. Uit zichzelf gaat het dier niet weg en blijkbaar heeft hij ook nog eens niet eens zoveel ruimte nodig om binnen te komen. Bij mijn vriendin stond het raam slechts op een kiertje.

Maar misschien kunnen deze Lemster vleermuizen wel lezen. Moet Lyaemer wel een bordje in vleermuizentaal plaatsen dat ze alleen het hotel binnen mogen gaan en niet de appartementen.

dinsdag 30 juni 2020

Waarom spelen we zo weinig buiten?



Ik lag op het strand. Keek naar de lucht. Hoorde meeuwen schreeuwen. Hoorde kinderen gillen van plezier. Het was bloedheet en dus gingen we steeds even zwemmen. Eerst dat hele koude, dan op 1,2,3 je gewoon laten vallen en na een paar minuten die zalige verkoeling. Naar de boei en dan terug. Als vroeger toen heit bij houthandel Groot werkte en hij dat kleine blonde koppie hetzelfde zag doen. Armen en benen in perfecte harmonie. De algen die om mijn tenen wentelden, probeerde ik te negeren.

Spelen als volwassenen

Dag na dag, speelden we. Net als vroeger, maar nu als volwassenen. Toen lagen we daar als kleine kinderen dagen, weken en zelfs maanden.  Al heel vroeg in de ochtend weg. Met onze strandkaart, die onze ouders door hard werken voor ons wisten te bemachtigen. Zo´n kaart was goedkoper dan elke keer een kaartje kopen en we waren er toch altijd met mooi weer. Ik herinner me de broodjes die mem maakte.

Lauwe limonade

En de lauwe limonade die na een dag op dat hete strand zonder koelbox (want die hadden we niet) eigenlijk niet meer te drinken was. Hadden we mazzel dan hadden we een paar gulden voor een bakje patat. Daarvoor moest je dan in een hele lange rij staan bij het strandpaviljoen veel verder op. Gewoon een stenen of was het een houten gebouwtje dat was omgetoverd tot bak- en ijsparadijs. De vettige lucht kan ik nog zo oproepen. Patat met mayo als ultieme traktatie. En we zwommen. De hele dag door. Water in, water uit. Even liggen en opdrogen en dan opnieuw erin. Altijd met een groepje vriendinnetjes en altijd van heel vroeg in de ochtend tot heel laat in de avond. Totaal verbrand soms ook, want heel duidelijk was toen nog niet wat voor schade dat allemaal aan kon richten. Mijn moeder smeerde zichzelf zelfs in met slaolie in de veronderstelling dat ze daar geweldig mooi bruin van werd.

Stoepranden of blikspuiten

Maar dat spelen. Waarom doen we dat nog maar zo weinig als volwassenen vraag ik me af. We werken ons kapot, zitten de hele dag met ons hoofd voor PC of op de mobiel. Terwijl dat moment van 1,2,3 en dan er door zo lekker is. Of waarom stoepranden we niet? Blikspuiten we niet. Badmintonnen we niet met zo´n pluimpje. Of kijken we niet meer naar de lucht en laten onze verbeelding het werk doen. Want het kan gewoon. Op het strand. Zonder jaarkaart….

zondag 21 juni 2020

Het leek een gewone avond



Het was een mooie avond. De zon scheen nog een beetje, het water kabbelde. Een meeuw vloog over en maakte meeuwengeluiden. Mensen lachten. Er werd gedronken. Even verderop was een bruiloft aan de gang. Muziek schalde door de speakers. De lucht was bezwangerd van de zomer. Rooie strepen trokken door de lucht. De wolken hingen er vriendelijk bij. En toch was het helemaal geen mooie avond. De bootjes die in het water van het strand dreven, leken dan wel pittoresk, maar waren dat allesbehalve. Duikers gingen een voor een het water in. Ze seinden naar elkaar, doken onder en kwamen weer boven. Er werd weer een stukje gevaren, weer gingen duikers het water in en weer gaven ze elkaar tekens.

Drenkeling

In de middag stond ik naast een politieagent om de stand van zaken te vragen. Man vermist, drenkeling was er op de P2000 site te lezen. De persvoorlichting wist eigenlijk niet meer dan dat er een vermissing was. Maar op het strand naast een man die zenuwachtig heen en weer liep en gewoon helemaal van de kaart was, werd het al snel een heel ander verhaal. De man had zijn vriend het water in zien lopen, maar hij was er niet meer uitgekomen. Ik vroeg nog met grote hoop of hij echt niet ergens anders uit het water had kunnen komen. En nu ergens een kopje koffie zat te drinken. De politie stampte al die hoop direct de grond in. Het was inmiddels al geen reddingsactie meer, maar een bergingsactie.


Vrienden lopen af en aan

Mijn gedachten bleven de hele dag en avond bij de man. Ik moest naar dat strand. Op de plek waar wij normaliter yoga beoefenen en mediteren, ging ik zitten. Ik zag mannen die net als de drenkeling Roemeens leken. Ze liepen heen en weer. In ploegjes en soms alleen. Scanden elke beweging die er gemaakt werd. Gingen staan, gingen weer zitten.  Ik zag het gebeuren. Niet uit sensatie, maar omdat ik vond dat de man dat verdiende. Het was een onwerkelijk tafereel. Al die blijdschap en jonge mensen die van niks leken te weten, terwijl daarginds naar iemands zoon, iemands vader misschien, iemands geliefde mogelijk werd gezocht.

Namasté: mijn laatste groet aan u

Toen gingen de boten opeens richting de pier. Een auto reed de pier op. De deur werd geopend en er waren handelingen. Een tijdje later reed de wagen heel langzaam voorbij. De ramen waren geblindeerd, maar het vlaggetje zei het allemaal. Ik vouwde mijn handen in namasté voor hem. Mijn (yoga)groet aan hem.  Voor de eerste en de laatste keer. 

maandag 15 juni 2020

U deed ertoe

Kun je in een roes leven van een festival dat niet doorgaat? Ja, dus. In plaats van ons een week lang onder te dompelen in kunst en cultuur op het prachtige Terschelling, dompelden we ons onder in mondmaskers, plastic afscheidingswanden, een boot waar nog geen flesje water te krijgen was en dagen van te voren bedenken wat je wilde eten en waar, want op reservering. En zegge en schrijve 1 optreden, met een koptelefoon op.


Man te water

Daar waar we anders midden in de nacht naar ons huisje fietsten met een aardige borrel op na diverse voorstellingen en dansen tot in de late uurtjes, lag ik nu in de nachtelijke uren op mijn mobiel te kijken. Naar demonstraties tegen discriminatie. Met een donkere man als echtgenoot, moet je daar wel iets van vinden. En dat vind ik ook. Maar net toen ik me aan het opwinden was over de zoveelste opmerking dat iemand dan maar `terug moest gaan naar zijn eigen land` popte daar opeens een bericht van de brandweer op. Man te water geraakt in Lemmer, reanimatie bezig. Later hoorde ik dat de man in kwestie was overleden.

Domme reacties op reanimatie

Omstanders hadden hulpverleners bij die taak domme dingen toegeroepen als dat ze op 1,5 meter afstand moesten blijven. Voor de hulpverleners, die hun vrije tijd geheel belangeloos steken in het redden van levens een belachelijke opmerking. En het getuigt ook van totale afwezigheid van respect voor de man wiens leven zij probeerden te redden.

Wie was deze man?

Nuchter in mijn niet-festivalbed keek ik de hele nacht of ik meer over de man te weten kon komen.  Dat nieuws bleef uit. Sterker nog: de meeste provinciale media besteedden helemaal geen aandacht aan de zaak. Wat de man was overkomen, hoe hij te water was geraakt, kwam bijna nergens niet voor het voetlicht. Via via hoorde ik dat het om een man uit een voormalig Oostblokland ging. Maar zijn persoon werd amper ergens genoemd. Terwijl hij ongetwijfeld ook een moeder en een vader heeft of heeft gehad. Misschien kinderen of een partner. Vrienden en collega´s. Dromen en angsten. Verdriet en plezier. Maar zijn dood leek er niet toe te doen. En dat vond ik in een rare week waarin duidelijk werd dat alle levens er wel degelijk toe doen wrang.  Dus: Beste onbekende meneer. Het spijt me dat uw leven zo moest eindigen. En uw leven deed ertoe. U deed ertoe.  Want we doen er allemaal toe.

maandag 8 juni 2020

Formalistisch gemeentebestuur

Waarop baseert B&W toch steeds dat vasthouden aan die naam van Krijger? Ik snap het niet, ik snapte het niet en daarom wilde ik antwoorden. In 2004 is er vanuit een archief in Den Haag een brief gekomen volgens B&W die daarover uitsluitsel geeft. Nou vooruit dan dacht ik, dan wil ik die brief wel eens lezen. Want blijkbaar staan daar hele zwaarwegende zaken die die naam,  die wij als besmet beschouwen,  rechtvaardigt. Nee, die brief krijg je niet was het antwoord. Of althans ik kreeg de brief niet.

WOB verzoek: ik wil lezen wat er in die gegevens stond

Het archief zelf in Den Haag is gesloten en doet niet aan opsturen van gegevens. Nou dan zit er maar 1 ding op en dat is de informatie opvragen via een WOB verzoek. Een wat voor verzoek? Een verzoek in het kader van de Wet Openbaarheid van Bestuur . Daarmee vraag je het college om openheid van zaken te geven. Het uitgangspunt van de wet is dat de informatie over bestuurlijke aangelegenheden openbaar is. Uit eigen beweging hoort de overheid ook informatie over het beleid te verschaffen, zodra dat in het belang is van een goede en democratische bestuursvoering. Geheimhouding is dus de uitzondering op de regel en daar moet ze een goede reden voor hebben. We zullen zien of die reden er is of dat de informatie toch nog boven water komt. Maar daar gaat het hier niet over.

Niets te vinden op de site over een WOB verzoek

Op de site van de gemeente is helemaal niets te vinden over het indienen van een WOB verzoek. Dan maar algemene informatie opgezocht. Wie, wat, waar, waarom enzovoorts. Duidelijk gemaakt in een mooie brief en die vervolgens per mail doorgestuurd naar burgemeester en wethouders. Meer dan een week later een echte papieren brief op de mat. Fijn dacht ik: de informatie. Welnee. Een brief met daarin als antwoord dat ze het verzoek niet konden inwilligen.

WOB verzoek kan bij de Fryske Marren niet per e-mail ingediend

Want zo´n verzoek kan bij de Fryske Marren niet per e-mail ingediend. De brief zou dan namelijk wel eens kwijt kunnen raken. Pardon? En een brief in een enveloppe kan niet wegraken? Wat is dat bovendien voor een formele houding voor iets dat bovendien nergens formeel beschreven staat?

Gaat het om de vorm of gaat het om de inhoud zei een goede vriend van mij eens. En daar lijkt het hier dan ook weer om te draaien. Vragen over een bijdrage aan DE worden net zo formeel beantwoord. Kort en zonder inhoud. En dat alles geeft de burger beslist geen moed. Overigens is de brief waarvoor een boom gekapt moest worden (dat zouden we toch niet meer doen en we hebben het milieu toch hoog in het vaandel?) inmiddels wel verstuurd.

Maar dat zo´n verzoek niet digitaal verstuurd kan worden, is in deze moderne tijd iets waar ik met mijn pet niet bij kan. De formele opstelling van het dagelijkse bestuur bevreemdt me sowieso. De hele Krijger zaak had zo veranderd kunnen worden, zonder dat zijn naam nog een keer negatief werd genoemd. Voor mensen die last hebben van de zaak een opluchting, voor mogelijke nabestaanden van de man zelf ook beter te behappen lijkt me. Maar blijkbaar zijn vorm en inhoud ietwat uit verband in deze gemeente. Een jammerlijke zaak.

maandag 1 juni 2020

Ewout

Toen hij al heel erg ziek was en een zoen kreeg van een verpleegster grapte hij tegen zijn vader:`Dit is allemaal zakelijk pa.` En juist die houding, typeerde Ewout van Leuveren die op veel te jonge leeftijd min of meer werd overvallen door de dood. Met de grap beschermde hij. Nooit wilde hij dat zijn geliefden verdrietig weg zouden gaan. Daarnaast deelde Ewout graag. Als hij een dubbeltje had, deelde hij een kwartje.

Hij was net in veel rustiger vaarwater beland en had eindelijk zijn draai in het leven gevonden. Een nieuwe liefde waarmee hij fantastisch kon praten en die hem begreep. Rust in zijn hoofd. En toen: Een opgezet been. Er werd gedacht aan een infectie. Maar toen één opgezet been, twee opgezette benen werden, bleek de situatie veel ernstiger te zijn dan aanvankelijk werd gedacht. Uiteindelijk werd hij zieker en zieker en overleed sneller dan iemand had zien aankomen.

Humor

De humor bleef tot het einde. De empathie ook. Want Ewout wilde altijd goed doen. Wilde nooit iemand kwetsen. Dus werden mensen altijd weer met een grapje huiswaarts gestuurd. Ook als er onder dat grapje heel iets anders schuil ging. Met het overlijden van zijn moeder jaren daarvoor, leek Ewout zijn steun en toeverlaat te hebben verloren. Haar verlies volgde op een prachtige jeugd, waarbij het hem en zijn broer aan niets ontbrak. Maar als zoon van de plaatselijke fysiotherapeut  kregen beide het thuis niet cadeau. Daartegen rebelleerde hij wel eens. Zo mochten de nieuwe kleren nooit direct aan. Ewout  was het daar op een keer niet mee eens. En had de oude over de nieuwe aangetrokken. Maar de oude in de steeg achtergelaten. Daar werden ze gevonden door de buren. Zijn broer, die een grote invloed op hem had, had hem toen al even apart genomen en uitgelegd waarom die nieuwe kleding niet direct aan hoefden.

Maar er werden dus dingen van Ewout verwacht, zoals dat ook in andere gezinnen ging. En als er dingen van Ewout werden verwacht, loste hij zo´n verwachting ondanks dat hij ook vaak zijn eigen gang ging, toch ook graag in. Het was zijn sterkste punt, maar tegelijkertijd ook zijn achilleshiel. Zo bestierde hij een toprestaurant en dat was lange tijd zijn stokpaardje. Tot opeens het besef kwam: Is dit het nu?

Ewout verkocht je een steen voor een klomp goud

Vervolgens stonden bedrijven voor hem in de rij. Bedrijven weer op poten zetten, hoge doelen halen, het was hem op het lijf geschreven. Ewout kon je een steen voor een klomp goud verkopen. Dat had vooral te maken met zijn enorme empathische vermogen. Hij kon invoelen als geen ander, hij kon anticiperen als geen ander. Maar die hoge doelen nekten hem ook. Die snelle wereld, met even snelle kostuums en auto´s zaagden aan de poten van zijn wankele evenwicht.

Op zijn laatste reis maakte het kostuum op aanraden van zijn nieuwe levenspartner dan ook plaats voor een simpel poloshirt. Symbolischer kon het eigenlijk niet. En de kaart zei het allemaal:`Een mooi mens is van ons heen gegaan.´

maandag 11 mei 2020

Waarom wil toch iedereen vasthouden aan een fout plein?


In ons dorp was er dit jaar veel aandacht voor het feit dat we 75 jaar geleden werden bevrijd. Sara en Jozeph Blok die werden gedeporteerd hebben een gedenkteken gekregen, in de kerk waar we samen herdenken staat een monument waar onder andere verzetsstrijder Jacob de Rook wordt herdacht. Ook hadden we een tijdelijk monument om ons te laten blijven herdenken dat 102.000 mensen uit Nederland zijn gesneuveld in diezelfde oorlog. Veel van hen waren Joods en werden op de meest vreselijke manier om het leven gebracht. Maar ook veel verzetshelden, Sinti, homoseksuelen, mensen met een beperking en bevrijders uit allerlei landen vielen genadeloos onder het bevel van iemand die het als zijn levenswerk zag het Arische ras zo zuiver mogelijk te houden. 

Geen herdenking

Dit jaar konden we niet herdenken door de Coronacrisis. Althans niet met zijn allen en ook niet met een stille tocht naar de begraafplaats. Normaliter doen we dat wel. We beginnen dan bij de Hervormde Kerk. Wie slechts een paar passen naar rechts loopt, komt op het Burgemeester Krijgerplein. Een plein vernoemd naar iemand die veroordeeld is voor oorlogsmisdaden. Die diezelfde Sara en Jozeph Blok had kunnen behouden voor de gaskamers, maar er juist voor zorgde dat ze er naartoe werden gebracht.  Hij liet na hen te waarschuwen. Sterker nog hij vaardigde uit dat zij en 4 andere Joodse onderduikers werden gearresteerd.

Jacob de Rook

 Die verzetsstrijder Jacob de Rook naar een kamp stuurde en er voor zorgde dat hij dat niet overleefde. Die er voor zorgde dat visserman Jouke G. Bootsma bij de mei stakingen werd doodgeschoten. En die een lijst van verzetsstrijders opstelde en hen continue in de peiling hield en er blijkbaar veel voor over had om hen er ook bij te lappen. En die mogelijk ook in gewetensbezwaar is geweest en niet goed wist wat te doen, of misschien probeerde de schade zoveel mogelijk te beperken, zoals anderen ook wel eens hebben aangegeven. 


Daarover kan ik niet oordelen, want ik was er niet bij in die tijd. Wat ik echter gelezen heb van de man was niet zo fraai. Naast de bewezen feiten waren daar onder andere de verhalen over hem. Waarin mensen aangeven dat hij ze duidelijk maakte dat hij ze in de gaten hield en er alles aan zou doen om ze het leven zuur te maken. Waarbij zuur dan een understatement is. Maar nogmaals ik was er niet bij, ik ken alleen de herinneringen van anderen en zijn officiële veroordeling. Maar dat alleen al zou in mijn ogen genoeg moeten zijn om aan te geven dat  zijn naam niet verbonden moet zijn aan een plein. 

Waarom mag het Burgemeester Krijgerplein niet verdwijnen?

Al heel vaak is getracht om die besmette naam van het plein te krijgen. Steeds kregen mensen tot hun grote frustratie nul op het rekest. De PvdA opperde onlangs opnieuw om er de naam Oude Markt aan te geven. Ze deed dat zonder het verleden erbij te halen, omdat dat met nieuwbouw heel gemakkelijk kon. Daarmee had Krijgers verleden niet opnieuw opgerakeld hoeven worden. Maar weer zei B&W nee tegen dat plan. Er is blijkbaar een volksgericht nodig om er voor te zorgen dat het overlijden van Sara en Jozeph Blok, Leeuwke Bootsma, Pietertje Bootsma, Roelofje Bootsma en Jantje Jacobs  niet hand in hand hoeft te gaan met een besmet plein. En ik begrijp niet waarom….

maandag 27 april 2020

De Houtmolen moet blijven als onderdeel van onze geschiedenis


Welke Lemster kent niet de Houtmolen van vroeger? Wie heeft er niet gewerkt tot eind jaren 70? Als ik het goed heb, heeft mijn vader daar ook nog zijn diensten bewezen. Meer dan een eeuw bracht de houtzagerij veel werkgelegenheid in ons dorp. Er is dus een enorme geschiedenis aan het pand verbonden dat ook nog eens laat zien hoe Nederland en Lemmer zich ontwikkelde. 

Dat er door leegstand verval is opgetreden is duidelijk. Maar dat had ook te maken met een woningbouwplan dat er al heel veel jaren ligt, maar nog nooit van de grond is gekomen. Nu zou dat plan dus wel worden doorgevoerd. Maar weer niet voor de gewone man uit Lemmer. Die kan dat namelijk niet betalen.

Restauratie en herbestemming

Op de site van de ontwikkelaar staat dat een deel van de bestaande gebouwen wordt gerestaureerd en zelfs opgenomen in één van de twee nieuw te bouwen appartementsgebouwen. Een prachtige herbestemming van het industrieel erfgoed wat zorgt voor een bijzondere nostalgische sfeer, zo valt te lezen. Mooi zou je denken. Kat in het bakkie. Het pand blijft bestaan. 

Geen monument meer

Maar…. Onlangs is besloten dat op verzoek van de eigenaar de gemeentelijke monumentenstatus van de Polle 9a en 11 is ingetrokken. Weg dus monument. Weg dus geschiedenis. Burgemeester en wethouders hebben wel aangegeven dat ze graag willen dat de uitstraling van de houtmolen kan worden behouden in de nieuwe plannen. Graag willen. Ik wil ook graag een miljoen. Maar dat krijg ik vast niet, alleen door dit op te schrijven.

In gesprek gaan is niet hetzelfde als iets uitvoeren dat je al beloofd hebt 

Wel zegt de eigenaar toe de ´mogelijkheden daartoe te onderzoeken en daarover in gesprek te gaan met de gemeente.´  Wacht eens even. Dat is niet hetzelfde als beloven dat je het pand restaureert en de gevels gebruikt voor de nieuwbouw. Dat betekent dus helemaal niks. Het betekent dat je er over gaat praten, maar dat het ook net zo goed zo kan zijn dat je de hele bende sloopt. En dat laatste dat denk ik. Want waarom moest die monumentenstatus er anders af? Waarom heeft het bedrijf daar nadrukkelijk om gevraagd. En waarom wil zo´n bouwer niet dat dit stuk geschiedenis van Lemmer blijft bestaan in de vorm van een monument. Er verdwijnt al zoveel. In Amsterdam deden ze een moord voor zo´n ´loft en herbestemmen ze het´.
Bovenal is het vernietiging van ons erfgoed en laat het een bijzonder deel van onze geschiedenis verdwijnen. Daarom ben ik tegen. Faliekant tegen.

maandag 13 april 2020

Brand


Hoewel we in de gemeente allerlei leuke initiatieven zien ontstaan, blijft het een rare tijd. Dat mensen elkaar zo mooi helpen is geweldig. Dat er saamhorigheid is fantastisch. En misschien was het ook wel nodig dat we dat gingen inzien. Dat niet alles zo vanzelfsprekend is als we altijd gedacht hebben. En totaal niet maakbaar. En dan leven we ook nog in een land waarin we de luxe hebben van redelijke medische voorzieningen. 

Schandalig hoe zorgpersoneel wordt behandeld

Redelijk, want ik vind wel dat het eigenlijk voor een land als Nederland redelijk schandalig is dat verzorgend personeel zo weinig beschermd wordt. En dat de regels tot nu toe ook soms wel heel apart waren. Waren wij grieperig en snotterig dan was het devies binnenblijven. Zorgpersoneel  in verpleeg- of verzorgingstehuis moest dan gewoon door. Zonder test. Zonder voorbehoud. Dat is niet te rijmen.  

Mail aan de GGD

Ik mailde deze week de GGD ook om te vragen of ik in januari al besmet kon zijn in Oostenrijk. Daar waar later een enorme besmettingshaard was. Maar ik ben 2 weken doodziek geweest. Op mijn mail kreeg ik een heel vreemd antwoord terug. Sterkte en lekker binnenblijven. De mail was dus helemaal niet goed gelezen.  Want we zijn al bijna 3 maanden verder. En ja ik heb 2 weken binnen gezeten. Maar dat was toen. Omdat ik niet anders kon. Maar dat deed er blijkbaar niet toe. Ook niet dat we met bussen vol zieke en hoestende Friezen terug zijn gekeerd naar diverse plaatsen in het Heitelân. Terwijl het mij redelijk intelligent leek met die data wel wat te doen. Of misschien te testen op antistoffen.   

Brand: je levenswerk in rook op zien gaan

Op het moment dat ik hierover nadacht, woedde er brand bij ijssalon Iiskâld in Lemmer.  Gelukkig zonder dat er mensen bij gewond raakten. Maar net gestart met het concept van ijsjes brengen, krijg je als bedrijf de volgende tik weer te verduren. Je levenswerk tot de grond aan vernield zien worden in een tijd waarin het toch al enorm sappelen is: hoe doe je dat? En dan geven de ondernemers zelf aan dat ze de schouders er onder zetten en bedanken ze de brandweer dat omliggende panden gespaard zijn gebleven. En dat toont in mijn ogen precies hoe deze mensen in elkaar steken. Betrokken, ondernemend en positief. Altijd klaarstaan voor de ander en de gemeenschap. Onze senioren vertroetelen met wat lekkers. Kinderen trakteren. Nooit te beroerd om de handen uit de handen te steken bij evenementen. Maar ook gewoon heel menselijk door te vragen hoe het met iemand gaat. Ik hoop daarom dat diezelfde gemeenschap hen nu ook weer helpt bij de wederopbouw van hun zaak.  Want dat verdienen ze. 

maandag 30 maart 2020

Aan de thuisfeestje jongeren die denken dat Corona niet bestaat

Dit bericht is voor de 15 jongeren die afgelopen weekend in Lemmer toch meenden een feestje te moeten vieren. Die daarop de politie op bezoek kregen en een fikse boete tegemoet kunnen zien.

Laat ik beginnen dat ik wel begrijp dat je als jongere snakt naar een feestje. Je kunt waarschijnlijk niet naar school, je bijbaantje ligt misschien op zijn gat. Je kunt verder nergens heen, want alles is dicht. Dat snap ik. Sterker nog: wij ouderen snakken inmiddels ook wel naar een feestje. Ik wil ook wel weer eens gezellig koffiedrinken met familieleden of vriendinnen. En lekker ouwehoeren onder het genot van een glaasje wijn. Maar dat kan niet. Dat mag nu niet. Punt. Uit.

Rijen doden in Italië

Wat ik dan ook niet zo goed begrijp is onder welke steen jullie de afgelopen weken hebben gelegen. Of jullie de beelden van de files van  lijkwagens in Italië niet voorbij hebben zien komen. De beelden van mensen die alleen sterven omdat er niemand meer bij ze mag. Of de beelden van al die totaal uitgeputte artsen, verpleegkundigen, ambulancemedewerkers, schoonmakers, politiemensen, thuiszorgers, brandweermensen , maar ook vakkenvullers, kassapersoneel, taxichauffeurs en al die anderen die voor ons zorgen. Misschien denk je daar niet aan als je lekker met je vrienden aan het chillen bent.

Egoïstisch

Maar dat is toch wel een ietsjepietsje egoïstisch. Ik zeg het een beetje lief, omdat ik wil dat jullie het begrijpen. Maar het is niet lief bedoeld. In al jullie onbezonnen jeugdigheid zou je moeten beseffen dat je een risico vormt voor je hele omgeving door zo´n feestje te organiseren.  En dat die omgeving ook bestaat uit je oma of opa, je vader of moeder, je tante of je oom of je buren. Ennnnn uit jezelf en die vriendjes waar je zo lekker mee zat feest te vieren.  Want hoewel jullie dus denken dat je het niet kunt krijgen, kan dat dus wel. Jongeren krijgen het veel minder en sterven er minder aan. Zeker als ze gezond zijn. Dat klopt. Maar ze zijn niet onfeilbaar of onsterfelijk. Jullie zijn dus niet onfeilbaar en onsterfelijk. Dat hebben jullie dus niet goed begrepen.

Kun je leven met de gedachte dat je opa of oma alleen sterft op een IC?

Daarnaast bestaat  er ook nog zoiets als voor elkaar zorgen. Eigenlijk is dat momenteel het allerbelangrijkste. Dat wij redelijk gezonde mensen er voor zorgen dat minder gezonde mensen hier ook doorheen komen. Vraag jezelf eens af of je zou kunnen leven met het feit dat jij er verantwoordelijk voor bent dat je opa of oma of je vader of moeder eenzaam en alleen sterft op een overvolle IC. Dat er niemand is om hun hand vast te houden. Of er geen plek meer is voor ze in het ziekenhuis. Vraag jezelf dat eens af de volgende keer dat je weer op zo´n enorm dom idee komt.

Jullie hebben je ouders volledig voor schut gezet

Daar komt ook nog eens bij dat je je ouders volledig voor schut hebt gezet. Jullie nieuws heeft de hele Nederlandse pers bereikt. Van het NOS journaal tot de Telegraaf en van de Leeuwarder Courant en Omrop Fryslân tot de site van Nu.nl. Misschien vinden jullie jezelf daardoor ook nog eens heel stoer. Moet je onze actie eens zien staan op al die media. (Als jullie die al lezen, want dan had je waarschijnlijk wel een ander besluit genomen). Vervolgens vielen alle mensen over jullie ouders heen. Die zorgden er niet voor dat jullie zulke domme dingen niet zouden doen, die pasten niet goed op. Nu ken ik jullie en je leeftijd dus niet, maar ik weet wel dat ouders je op een bepaalde leeftijd niet meer op de stoel kunnen vastbinden. Sterker nog als ze dat doen, zijn ze zelf strafbaar.

Daarnaast ben ik er bijna heilig van overtuigd dat er weinig ouders zijn die willen dat hun eigen kind zo´n domme actie onderneemt. Gewoonweg omdat ze niet willen dat hun eigen kinderen ziek worden. Maar ook omdat zij niet willen dat andere mensen ziek worden. En ze hebben jullie ongetwijfeld duizend keer op het hart gedrukt om je aan de regels te houden. Dat deden jullie niet. En nu worden zij ook nog eens met de nek aangekeken.

Ga iets doen voor een ander

Dus al met al jongens; neem alsjeblieft een andere hobby. Als je je alleen voelt of niets te doen hebt, zou je ook de boodschappen voor een oudere in de buurt kunnen doen. Of iemand zijn tuin kunnen opknappen die dat zelf niet kan doen. Voor iemand zijn raam een stukje opvoeren zodat die eenzame oudere die er nu niet uit mag ook nog wat vertier heeft. (Doe dat dan wel alleen. Jullie begrijpen nu vast wel waarom). Organiseer online een feestje en proost met elkaar voor de camera. En geef je ouders dan ook een glaasje voor al die ongein die je ze hebt door laten maken. Het is minder leuk, dat snap ik ook wel. Maar dat is het voor iedereen, we zitten tenslotte allemaal in hetzelfde schuitje.

maandag 16 maart 2020

Solidair zijn in een veranderende wereld: het moet




We hadden wel een beetje spijt. De dag na onze gezellige lunch in een klein restaurantje vrijdag vroegen we ons wel af of we dit hadden moeten doen. Het mocht. Van de regering. Van het restaurant zelf. Graag zelfs van die laatste. Want het regende afzeggingen. En we hielden afstand. 

Begroeting met de ellebogen

Deden een begroeting met onze ellebogen. Zaten meters van de paar andere gasten. Maar toch. Het knaagde een beetje. Een week eerder zaten we nog binnen 4 dagen maar liefst twee keer 6,5 tot 7 uur in een vliegtuig dat ons naar het graf van onze Afrikaanse beppe bracht. Dat was nodig, want er was veel verdriet. Lief is praktisch door haar opgevoed en dan hakt zo´n overlijden er behoorlijk in. Dus we vlogen een weekend naar Afrika. Daar in dat derdewereldland werden we overigens allemaal gecheckt met thermometer en vragenlijst over afkomst en risicolanden. Wie koorts had moest in quarantaine. Wie uit een risicoland kwam eveneens. Maar op Schiphol waren we allemaal vogelvrij en hadden we dus geen idee of er iemand met 40 graden koorts voor ons zat.  

Aan de kassa: pinnen en geen handcontact

Terug in Lemmer hingen bij de diverse kassa´s in supermarkten en andere winkels plakkaten. Liefst pinnen en zeker niet de handen van de medewerker aanraken. Dat ging nog niet zo eenvoudig.  Zelfs niet voor 1 brood, een pak melk en wat broodbeleg. Ik kan er niet aan wennen zei de een. Je mag me zelfs wel knuffelen zei de ander. Allemaal heel goed bedoeld ongetwijfeld, maar dat helpt niet om de zwakkeren te beschermen.  Want daar gaat het tenslotte om. 

Tante werd 75: geen feest

Onze Lemster tante werd 75. Dat hoort gevierd, zeker in een uitgedunde familie. Toch besloten we, dat doen we niet. Beetje keelpijn, geen idee wat dat vliegtuig had gedaan. Natuurlijk was er teleurstelling. Maar we doen het groots over zeiden we. Als iedereen weer veilig is.

Alles nog open

Op dat moment mochten zwembaden, sauna´s, restaurants, scholen en andere zaken nog open zijn. Voor een leek soms onbegrijpelijk. Niet vanuit economisch oogpunt overigens, want man man wat gaat dit betekenen voor al die bedrijven die wel kosten, maar geen inkomsten hebben nu we een total lock down hebben. Creatief zijn is misschien het toverwoord? Nu alvast bonnen verkopen voor diners, lunches, koffietjes, reizen en andere zaken en die dan na die crisis verzilveren? Of een bezorgdienst instellen die je diner bij je thuis brengt? Contactloos. 

Het is niet voor te stellen dat je niet ergens kunt gaan zitten en een bakkie bestellen, je niet in het zweet kunt werken in je sportschool of even een filmpje kunt pakken of een voorstelling kunt bekijken. Maar het moet. Voor de zwakkeren en voor al die mensen die wel alle risico´s nemen vanuit werkgebied om ons zo gezond mogelijk te houden. In liefs thuisland betekent het niet meer komen van toeristen bovendien een ramp van formaat. Geen inkomsten meer, dus nog grotere armoede. En hier kunnen we grotendeels nog rekenen op een goed gezondheidssysteem, maar daar betekent deze ziekte krijgen vaak het einde. 

Samen thuis werken: ik ben er een beetje bang voor

Lief heeft inmiddels te horen gekregen dat hij thuis moet werken. Net zoals vele anderen die dat te horen hebben gekregen. Ook dat zorgt voor een heel andere dynamiek. Ik werkte altijd al thuis en nu moeten we dus samen aan de desk zitten. Hij dacht altijd dat thuis werken vooral lekker koffie drinken betekende, maar kreeg daar gisteravond toch opeens twijfels over. Geen direct contact met je collega´s die je snel even wat kunt vragen. Niet alle apparatuur bij de hand. En bovendien je vrouw op je lip die haar eigen routine gewend is. Volgens mij wordt dat nog wat.....

maandag 2 maart 2020

Duur advies voor de camping voor de gewone mens niet nodig


De camping voor de gewone mens. Die gewone mens zijn we in principe allemaal. Althans in mijn ogen. Maar George Orwell schreef in één van zijn bekende werken  ´1984´ , maar ook in animal farm al dat de ene mens (of beest) toch wat beter is dan de ander. Of althans dat ze zo beschouwd worden door sommigen.

Lemster camping moet plaats maken

 In mijn optiek kampeert de gewone mens in zijn eigen tentje of zijn eigen caravan heel fijn op de Lemster camping waar ze vaak al heel lang staan. De arbeider die het fijn vindt om in het weekend zo naar het strand te kunnen lopen. De bewoner van het Ruhrgebied, die meer fijnstof ziet dan frisse lucht opsnuift. Die een kuiertje maakt naar het dorp. Die lang gespaard heeft voor zijn onderkomen en voor de bijbehorende kampeerplek.

Het Ooievaarsnest in Lemmer ook al verdwenen

We hadden al eerder zo´n categorie mensen op net zo´n camping: het Ooievaarsnest. Daarvoor in de plaats kwam een appartementengebouw en de campinggasten konden opzouten. Zeer tot hun onvrede. Nu worden er zeer tot onvrede van de campinggasten van de huidige camping in Lemmer, opeens ook weer allerlei plannen gesmeed. Plannen waar zij over mee mogen denken, zo stelt de gemeente. 

Geen gemeentelijke taak

Maar diezelfde gemeente heeft eerder al aangegeven dat het bestieren van een camping geen gemeentelijke taak is. Die twee lijken elkaar dus tegen te spreken. Afgelopen weekend mochten al die gasten naar een bijeenkomst komen van een bureau dat zich vervolgens over de hele materie buigt. Ik was niet bij de bijeenkomst, maar veel goeds heb ik er niet over gehoord. Bovendien ontbraken de verantwoordelijke wethouder(s) en of ambtenaren. Dat kan een goede zet zijn, zodat mensen volledig open en vrij kunnen aangeven wat zij precies willen. 

Dure bijeenkomsten zijn niet nodig

Maar eigenlijk hoef je daar geen dure bijeenkomsten voor te houden. En hoef je er ook geen dure bureaus voor in te huren. Deze mensen weten heel goed wat ze willen; zij willen gewoon hun plekje houden op deze gewone mensencamping. Ze willen niet verjaagd worden om plaats te maken voor een gelikt park met chalets (gewoon huisjes, maar die naam past natuurlijk niet op een heel nieuw park). En als er maatregelen nodig zijn om de veiligheid te verhogen, dan zal daar vast over te praten zijn. Bovendien is deze hele situatie ook ontstaan, omdat het nodige toezicht dus al die tijd blijkbaar heeft ontbroken. 

In een gemeentelijk stuk schrijft de gemeente dat de camping oorspronkelijk bedoeld was voor de eigen bewoners met een smalle beurs. Wat een farce is natuurlijk. Er zullen ongetwijfeld mensen zijn die in eigen dorp kamperen, maar in het algemeen zoekt men een plek elders. Gewoon om er even uit te zijn. En ja, dat geldt ook voor de ´gewone´ mens en niet alleen voor degenen die elk jaar kunnen afreizen naar Saint Tropez of een ander duur oord. Voor deze gasten is de Cote de Lemmer hun eigen goudkust en die willen ze helemaal niet verlaten. Dat kan ik met mijn gewone normale mensenverstand in 1 tel bedenken. 

maandag 24 februari 2020

Vrije Meester Eije Wiersema


 We waren tieners en zaten in ons eerste jaar op de openbare mavo in Lemmer. We hadden tot dan heel traditioneel onderwijs gehad. Rijtjes vermenigvuldigen in je geheugen stampen, teksten goed leren doorgronden, spellingsregels. Met discipline geleerd en ons hele leven wat aan gehad. Maar niet zo dat je je eigen emoties vrij baan mocht geven. 

Janis Joplin

En toen stond hij daar opeens voor de klas. Eije Wiersema. Een grote man met een grote bril voor een klas vol tieners wiens hormonen met hun aan de haal waren. Een man met een behoorlijk stemvolume. En met een heel eigen stijl van lesgeven.  In de eerste les liet hij Janis Joplin op ons los. Sommigen hadden wel van haar gehoord, maar de meerderheid hield het bij het toen zo populaire Abba.

Vrije expressie

De les met Janis Joplin herinner ik me nog als de dag van gisteren. Hij zette de plaat op (ja, cd´s waren er toen nog niet) en vroeg ons aan vrije expressie te doen. Vrije wat? Laat je gaan zei hij. Zing mee, dans en laat daarmee zien wat je voelt. Schreeuw net als Janis doet. We zaten elkaar aan te kijken en geen van ons durfde het aan. We vonden het gek, we schaamden ons om dat te doen. En hij doordrong ons van het feit dat er niets mis is met je emoties omtrent van alles en nog wat, maar ook niet als het gaat om muziek, teksten in muziekstukken of je eigen gedachten. Maar dat besef kwam pas later. 

Hij durfde wel

Op die dag durfde niemand zijn ware gevoelens over deze specifieke muziek te laten zien. Laat staan dat er iemand durfde te dansen, te bewegen op de muziek. Maar hij wel. Hij liet zijn grote lichaam meebewegen, schreeuwde dingen toen Janis ook schreeuwde. In mijn beleving zei hij er ook nog iets bij als ´Wees vrij´ of ´Voel je vrij´, maar dat kan ik me ook ingebeeld hebben. Hij maakte op mij in ieder geval veel indruk en is dat blijven doen. Ook nadat ik de mavo al lang had afgesloten vond ik het een eer om met hem te praten. En ik leerde van hem dat het goed is om vrij te zijn en je vrij te bewegen.
Een paar weken geleden zag ik zijn overlijdensbericht staan. Vrijheid dacht ik. Dat gaf je ons. En ik zette Janis nog een keer op. Voor vrije meester Eije. Die volgens mij al jaren  geplaagd werd door een nare aandoening, maar hopelijk al die tijd zijn vrijheid heeft kunnen behouden.